LTO: lage drempel voor boer met klacht nodig

De Europese wetgeving tegen oneerlijke handelspraktijken kwam in het voorjaar van 2019 tot stand. LTO Nederland heeft de voorstellen ondersteund, maar wijst wel op noodzakelijke voorwaarden om de rechten van boeren en tuinders beter te beschermen.

LTO%3A+lage+drempel+voor+boer+met+klacht+nodig
© William Hoogteyling

De richtlijn en het wetsvoorstel beogen onevenwichtigheden in de onderhandelingsposities tussen leveranciers en afnemers van landbouw- en voedingsproducten terug te dringen. Een voorbeeld daarvan is een betaaltermijn van maximaal dertig dagen na levering van verse producten en maximaal zestig dagen voor houdbare producten.


LTO signaleert dat onevenwichtigheden in de praktijk soms daadwerkelijk leiden tot oneerlijke handelspraktijken. Die praktijken vergroten onzekerheden en risico's voor de zwakkere partijen. Daarnaast hebben zij een negatieve invloed op de levensstandaard van de landbouwbevolking, op innovatie en investeringen en op productiebeslissingen. Deze praktijken belemmeren de ontwikkeling van economisch vitale bedrijven.

Openbare raadpleging

LTO heeft daarom in augustus meegedaan aan twee openbare raadplegingen over mededinging. In samenwerking met Barentskrans Advocaten is gereageerd op de voorstellen voor wijziging van de Mededingingswet en het wetsvoorstel oneerlijke handelspraktijken. Met deze wijziging legt de regering in Nederlandse wetgeving vast welke uitzonderingen op de mededinging er überhaupt bestaan voor boeren en tuinders.

Oneerlijke praktijken belemmeren vitale bedrijven

LTO Nederland

Deze uitzonderingen zijn overigens al van kracht, omdat EU-wetgeving via het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid een rechtstreekse werking heeft. Maar het vastleggen hiervan gaat hopelijk bijdragen aan meer kennis bij boeren en tuinders over de mogelijkheden, beoogt LTO.

De discussie over mogelijk oneerlijke handel speelt al vele jaren in de sector. Nu is er dan een wettelijke basis die boeren en tuinders moet helpen als ze worden geconfronteerd met bepaalde oneerlijke handelspraktijken. De wetgeving geldt op verzoek van LTO ook voor sierteeltproducten.

Kanttekening

De EU-wetgeving moet nog in Nederlandse wetgeving worden omgezet. Daarom organiseerde de overheid een openbare raadpleging. LTO en Barentskrans verwelkomen het wetsvoorstel, maar ze maken wel een kanttekening.

Dit is voor een belangrijk deel ingegeven door ervaringen die de belangenbehartiger in het verleden heeft opgedaan in het kader van de Gedragscode Eerlijke Handelspraktijken Agrofood. Die werd in 2011 op EU-niveau overeengekomen door sectorvertegenwoordigers.

Sinds 2013 heeft LTO samen met de voedingsindustrie en supermarkten vrijwillig een proef uitgevoerd om oneerlijke handelspraktijken in de voedselketen tegen te gaan. De proef is neergelegd in de eerdergenoemde gedragscode. Deze omvat onder andere beginselen van goede handelspraktijken en een mogelijkheid tot het indienen van een klacht over oneerlijke handelspraktijken bij LTO. Dat mag ook anoniem.

Weinig concrete klachten

Toch leidden de gedragscode en de daarbij behorende proef tot zeer weinig concrete klachten bij de belangenbehartigingsorganisatie. Dat is opvallend, aangezien er wel degelijk problemen spelen in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen.

In de visie van LTO en BarentsKrans wordt dit voornamelijk veroorzaakt door gebrekkige kennis over de mogelijkheden van de gedragscode. En omdat er in de land- en tuinbouwketens weinig met schriftelijke contracten gewerkt wordt. De koepel pleit dan ook voor heldere communicatie en een laagdrempelig klachtrecht. De positie van boeren en tuinders moet worden versterkt, met name ten opzichte van grote foodretailspelers.

De mededingingsautoriteit ACM gaat hier ook een rol in spelen, naast een nieuw op te richten geschillencommissie.

Delisting vergroot inkoopmacht afnemer. Maar onterecht
In gesprekken tussen leveranciers en afnemers komt het voor dat druk wordt uitgeoefend op leveranciers, door de verkoop van bepaalde producten afhankelijk te maken van overeenstemming over de verkoop van een ander product. Hierdoor vergroot de afnemer zijn inkoopmacht ten opzichte van de leverancier. Hij of zij heeft immers aanzienlijk meer te verliezen. Daardoor kan de afnemer aantrekkelijkere voorwaarden afdwingen in de onderhandelingen. Tegen die achtergrond pleit LTO voor het opnemen van deze aanvullende oneerlijke handelspraktijk in de nieuwe wet. Zodat delisting niet meer als 'commerciële vergeldingsmaatregel' kan worden toegepast.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    14° / 7°
    70 %
  • Zaterdag
    15° / 7°
    70 %
  • Zondag
    15° / 5°
    20 %
Meer weer