166 natuurgebieden gijzelen Nederland

Niet alleen boeren en tuinders hebben last van deze lamlegging. Ook de aanleg van bedrijventerreinen, woonwijken, de verbreding van wegen en de opening van een nieuw vliegveld zijn daarmee wettelijk onmogelijk geworden. Ondertussen gaat de economische ontwikkeling in omringende landen door. Onze natuur ondermijnt momenteel onze concurrentiepositie.

Moeten we dan geen natuur meer willen in Nederland en enkel kiezen voor economische vooruitgang? Nee, natuurlijk niet. Een boer heeft immers ook belang bij het behoud van natuur en biodiversiteit. In tal van projecten werken we hard mee aan het herstel daarvan. Boeren zorgen niet zelden voor het onderhoud van nabijgelegen natuurgebieden en halen daar ook deels hun inkomen uit.

Maar het kan niet zo zijn dat door de hoeveelheid en de ligging van deze natuurgebieden de ontwikkeling van ons land – en specifiek de land- en tuinbouw – volkomen stil komt te liggen.

De commissie-Remkes is aangesteld om met oplossingen te komen. Het lijkt me goed als deze commissie in haar zoektocht de vraag centraal stelt hoe we op een praktische manier onze economie en ecologie met elkaar kunnen verbinden en of de indeling van al die natuurgebieden niet anders geregeld moet worden. Uiteindelijk is Nederland een dynamische verstedelijkte delta met een wereldwijd toonaangevende land- en tuinbouw en geen openluchtmuseum.