Maatschap Oosterzicht investeert en vernieuwt

Gerhard (40) en Susan (36) de Visser vormen samen maatschap Oosterzicht aan de Kloosterweg 4 in Aagtekerke. Ze hebben drie kinderen: Eva, Thijs en Lars. Het 120 stuks melkvee en 70 stuks jongvee tellende melkveebedrijf vormt de hoofdtak naast de minicamping.

De grootvader van Gerhard de Visser begon hier kort na de Tweede Wereldoorlog een gemengd bedrijf. Zijn vader stootte de akkerbouwtak af en ging verder als melkveehouder. Gerhard de Visser heeft nu 78 hectare land in gebruik, waarvan 14 hectare wordt gebruikt voor mais en 54 hectare grasland. Van die 54 hectare is 40 hectare beweidbare huiskavel.

Zichtstal

Onlangs is er fors geïnvesteerd in een stal met deels glazen wanden, ofwel een zichtstal. De stal uit de jaren tachtig voldeed niet meer echt aan de eisen. De Zeeuwse ondernemer wil met de grote ramen de transparantie van zijn bedrijf en de melkveesector benadrukken. 'We zien toeristen en passanten stoppen om naar binnen te kijken', zegt hij. 'Open, eerlijk en transparant; daar staan we voor. Daarnaast zorgt de lichtinval ervoor dat er prettiger werken is.'

De nieuwbouw was ook noodzakelijk omdat er te weinig ruimte voor mestopslag was. Verder zijn de 150 verouderde ligboxen vervangen door ruimere varianten met meer aandacht voor dierenwelzijn en zorg voor het milieu.

Maatlat Duurzame Veehouderij

Met de nieuwe ligboxen scoort maatschap Oosterzicht hoog op de Maatlat Duurzame Veehouderij (MDV). Een emissiearme ecovloer met rubber zorgt voor lagere milieubelasting. Verder is het dak geïsoleerd en ledverlichting aangebracht in de stallen.

De nieuwe diepstrooiselboxen zijn ruim afgesteld op 1,20 meter. Deze worden met een doseerwagentje gevuld met een mengsel van stro en paardenmest van een manege. Qua prijs interessant en het heeft fijne eigenschappen in de ligboxen, zegt De Visser. Nieuw is ook de druppelbevloeiing op alle roosters in de melkveestallen. Dat helpt verder de emissies terug te dringen en de ecovloeren goed schoon te houden. Via een computer kan de melkveehouder de druppelbevloeiing per roosterrij aansturen.

Voordelen

Al deze maatregelen hebben voordelen. 'MDV-stallen bieden fiscale voordelen, maar we willen ook graag dat onze koeien gezond ouder kunnen worden. Vroeger was het beter dat het vee buiten was op een warme dag. Tegenwoordig is dat andersom. Met de druppelbevloeiing kunnen we binnen goed voor verkoeling zorgen', vertelt De Visser. Hemelwater dat op de daken valt, wordt nu afgevoerd naar de mestkelder. Dat zorgt voor dunnere mest, wat bij het uitrijden ook weer duurzamer is.

Per 1 april is maatschap Oosterzicht een samenwerking aangegaan met collega-melkveehouders Sjaak en Corrie Maljaars. Hun bedrijf ligt achter dat van De Visser. Maljaars gaat het jongvee opfokken en De Visser zal zich meer op het melkvee richten. Al met al hopen de bedrijven voordelen te behalen op financieel gebied en qua arbeidskosten. Ook kunnen ze dan machines samen gebruiken.

Drie bedrijfstakken

Zoals zo veel boerenbedrijven in dit deel van Zeeland heeft maatschap Oosterzicht een minicamping met 25 plaatsen. Als derde tak wordt hard gewerkt aan de realisatie van een agrarisch kinderdagverblijf, het eerste op Walcheren. De familie verwacht hier veel van. Het enige andere agrarisch kinderdagverblijf in Zeeland is nu het in 2010 opgerichte Windekind in Nisse, op Zuid-Beveland.

'Agrarische kinderdagverblijven gaan uit van een groene pedagogiek en VAK-formule', vertelt Susan de Visser. Zij volgt een opleiding tot pedagogisch medewerker. Maatschap Oosterzicht is aangesloten bij de Vereniging Agrarische Kinderopvang (VAK).

Mensen ontvangen

Het kinderdagverblijf wordt gebouwd op de plek van een van de oude stallen, aan de achterzijde en uitkijkend op de weilanden en koeien. Behalve als bron van inkomsten ziet Gerhard de Visser deze derde tak als een manier om mensen van buitenaf op het bedrijf te ontvangen en kennis te laten maken met een hedendaagse melkveehouderij. Kinderdagverblijf Koetjes & Kalfjes biedt straks ruimte aan twee groepen kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar.

'Met een huiselijke sfeer vinden we het belangrijk dat onze binnenruimte rust en geborgenheid uitstraalt', zegt Susan de Visser. 'Doordat de leefruimtes grenzen aan de tuin, zal het voor kinderen uitnodigend zijn om lekker naar buiten te gaan. Onder begeleiding van professionele medewerkers mogen alle kinderen naar de koeienstal om daar de dieren te bekijken en de boer te helpen bij het voeren. En ze mogen natuurlijk kalfjes aaien.' Verder komt er veel nadruk te liggen op de eigen ontwikkeling van kinderen.