Varkensvleesorganisatie op komst

POV-voorzitter Linda Janssen reageert met deze verklaring op de aankondiging van een brancheorganisatie varkensvlees door de Centrale Organisatie voor de Vleessector (COV). Janssen: 'Het is nog geen feit. We onderzoeken of we willen meewerken. Voor de zomer nemen we een besluit.'

Deelname aan een brancheorganisatie kan voordelig zijn, omdat collectieve heffingen, bijvoorbeeld voor het Diergezondheidsfonds, dan door meerdere schakels in de keten worden betaald. 'Nu moet ik telkens met de pet rond om te vragen om mee te betalen.'

POV blijft voortbestaan

Janssen benadrukt dat de POV hoe dan ook blijft voortbestaan. 'Niet voor niets is bij de oprichting van de POV gekozen voor een producentenorganisatie om de positie van de primaire sector, de varkenshouderij, te versterken.'

COV-voorzitter Jos Goebbels zei tijdens de algemene ledenvergadering in Utrecht op 7 februari dat economische en maatschappelijke uitdagingen voor de Nederlandse vleessector alleen effectief kunnen worden opgepakt vanuit sterkere ketenverbanden.

Samenwerking in vleesketens is volgens Goebbels ook nodig om het imago van Nederlands vlees te versterken en draagvlak voor de productie in Nederland te houden. 'Fake news en framing beheersen de media. Het is aan ons om te reageren op onjuiste informatie en valse beweringen, en daar andere verhalen en betere informatie tegenover te stellen', zegt hij.

Gewonnen rechtszaken

'Onlangs hebben we als COV ons gelijk gehaald met een klacht tegen Wakker Dier voor de Reclame Code Commissie. En we hebben met Vlees.nl een belangrijke rechtszaak gewonnen tegen Varkens in Nood.'

Het streven naar zoveel mogelijk samenwerking in de keten is ook een speerpunt van het Actieplan Vitalisering Varkenshouderij. Daarom is het Normenkader Holland Varken geïntroduceerd in februari 2018.

Met dit eenduidige kwaliteitssysteem kan de sector afnemers van Nederlands varkensvlees transparantie en uniforme garanties bieden. Afnemers vragen steeds vaker om garanties en transparantie in de keten op het gebied van voedselveiligheid, dierenwelzijn en milieu. Bestaande kwaliteitssystemen en concepten met voorwaarden bovenop deze maatstaf blijven bestaan. Als de omstandigheden veranderen, kan het normenkader worden aangepast.