Ministerie moet reductieregeling repareren

Staatssecretaris Martijn van Dam (EZ) moet opnieuw met een aanpassing van de fosfaatreductieregeling komen. Hij zal daarbij een uitzondering moeten maken voor de boeren die deze week bij de rechter hun gelijk haalden.

De groep melkveehouders die donderdag door de rechter werden vrijgesteld van de reductieregeling kent een diverse samenstelling. De overeenkomst tussen alle ondernemers ziet de rechter in het feit dat ze voor de peildatum van 2 juli 2015 investeerden om te groeien of om hun bedrijf in lijn te krijgen met de regelgeving voor grondgebonden groei. Ze worden nu onevenredig hard getroffen, zo oordeelt de rechter.

In een van de vonnissen wordt benoemd dat biologische melkveehouders met een gemengd bedrijf kampen met een mesttekort voor hun akkerbouwtak. Voor hen is sprake van een dubbel nadeel, aldus de rechter.

Consequenties

Wat de consequenties zullen zijn van de uitspraak van de kortgedingrechter is op dit moment nog niet duidelijk. De staat heeft in principe de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan tegen de uitspra-ken.

In zijn uitspraak wijst de rechter op de vraagtekens die de Raad van State en de Tweede Kamer al hadden bij de knelgevallenregeling. Onlangs werd Van Dam in een Kamermotie opgeroepen om eerder aan de slag te gaan met de knelgevallencommissie.

In zijn overweging nam de rechter mee dat eisers zeer waarschijnlijk in aanmerking zullen komen voor de toekenning van extra fosfaatrechten op basis van de knelgevallenregeling, die in het stelsel van fosfaatrechten mogelijk wordt gemaakt. Dat betekent dat zij een groot deel van hun bedrijfskapitaal in 2017 moeten vernietigen, waarna ze in 2018, na toekenning van fosfaatrechten, opnieuw moeten investeren om hun veestapel weer op peil te krijgen.

Het ministerie van EZ kan nog niet inhoudelijk reageren op het oordeel van de rechter. Een woordvoerder laat weten dat deze momenteel wordt bestudeerd.

Ongelukkig

Ook LTO Nederland bestudeert de uitspraak, geeft vakgroepvoorzitter Melkveehouderij Kees Romijn aan. 'Voordat we weten wat dit precies betekent, kunnen we nog geen conclusies trekken over de gevolgen. We zijn met de partners van ZuivelNL en het ministerie in overleg over de uitspraak. 'Wat we wel kunnen constateren is dat dit leidt tot onzekerheid voor alle melkveehouders. Daar zijn we als boeren ongelukkig mee.'

De uitkomst van de rechtszaken geldt voorlopig alleen voor de melkveehouders die de procedures hebben aangespannen. Ondernemers die menen aanspraak te kunnen maken op eenzelfde uitzonderingspositie moeten dit schriftelijk kenbaar maken aan staatssecretaris Van Dam.

Hoogleraar Agrarisch recht Willem Bruil zegt dat deze knelgevallen door de uitspraak gecompenseerd moeten worden. 'Anders krijg je een heleboel kortgedingzaken.'

Volgens Bruil kan de fosfaatreductieregeling gerepareerd worden, maar is dit niet eenvoudig. 'Het wordt een lastige opgave om een voorziening te treffen voor de compensatie van deze boeren. Er moet voor deze groep snel een procedure komen waarmee ze zich kunnen aanmelden als knelgeval.'

Landbouwwet

De hoogleraar wijst erop dat de boeren van de rechter niet in alles gelijk hebben gekregen. 'Ze stelden dat staatssecretaris Van Dam de GVE-regeling ten onrechte heeft gebaseerd op de Landbouwwet. De rechter ging hier niet in mee.'

Vakgroepvoorzitter Romijn onderschrijft de opmerking van Bruil dat de toetsing aan de Landbouwwet overeind blijft. 'De rechter erkent dat het reductieplan een algemeen sectordoel dient, het behoud van derogatie. Dan is de Landbouwwet het instrumentarium om dit te regelen.'

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    12° / 4°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 7°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
Meer weer