Meningen peilen over aardappelacademie

De LTO-organisaties gaan de komende periode de meningen peilen van aardappeltelers over het opstarten van een Consumptieaardappel-Academie.

Haijo DoddeDe academie voor consumptieaardappelen gaat voortborduren op het succes van de Pootgoedacademie. Doel is een platform creëren waarin telers in groepen kennis uitwisselen en eventueel praktijkonderzoek initiëren. Naast de kennis van de telers zullen externe partijen als Wageningen UR, DLV Plant, handelshuizen, fritesverwerkers en andere organisaties input leveren.
De academie moet voor wat betreft kennis- en onderzoeksactiviteiten voor een deel het gat invullen dat ontstaat na het verdwijnen van Productschap Akkerbouw per 2015. Vanaf volgende week kunnen alle leden van LLTB, ZLTO en LTO Noord met consumptieaardappelen in hun bouwplan online via de websites van de organisaties een vragenformulier invullen. De uitslag van de enquête geeft een indicatie van de kennisbehoefte van de consumptietelers en daarmee het draagvlak om de Consumptieaardappel-Academie (CAA) in te richten.
‘We hebben een signaal nodig voor de voortgang van dit initiatief’, zegt LTO-bestuurder Adrie Bossers. ‘Niet iedere akkerbouwer hoeft enthousiast te zijn, maar we hebben wel een bepaalde kritische massa nodig. De academie wordt alleen een succes als er voldoende deelnemers zijn die zich actief willen inzetten.’
In januari 2015 moet volgens Bossers via de enquête duidelijk zijn hoe de aardappeltelers denken over het initiatief. Daarna besluiten de LTO-organisaties of de academie er wel of niet komt. ‘Voor de start mikken we op het winterseizoen 2015-2016.’
Beleidsmedewerker Teun de Waard van LTO Noord is nauw betrokken bij het opstellen van de enquête voor aardappeltelers over de CAA. Hij legt uit dat de vragen betrekking hebben op de aardappelteelt op de bedrijven en op de kennisbehoefte. ‘We vragen welke onderwerpen de telers het meest interesseren. In principe kan de academie elk thema oppakken. Van teelt, management, precisielandbouw tot afzet, contracten en kostprijs.’
De beleidsmedewerker legt verder uit dat de aardappeltelers kunnen aangeven hoe ze aankijken tegen het uitwisselen van kennis in groepen. Kenmerk voor de structuur van een sectorale academie is dat het programma vraaggestuurd is. Rond thema’s worden groepen telers geformeerd die onder begeleiding hun eigen programma bepalen en bijeenkomsten en praktijkdagen houden.

Financiering

De financiering van de CAA komt voor een groot deel voor rekening van de deelnemers, ook omdat er geen bijdrage meer zal zijn van Productschap Akkerbouw. Eén van de vragen op het enquêteformulier gaat over de eigen bijdrage die aardappeltelers willen betalen voor deelname aan de academie.
‘Het invullen van de kosten van de academie is geen afgerond plaatje’, erkent Bossers. Hij vertelt dat LTO in overleg is met ketenpartijen zoals handelshuizen, verwerkers en mechanisatiebedrijven om te participeren. Bossers verwacht dat de jaarbijdrage voor de telers vergelijkbaar zal zijn met die voor de Pootaardappelacademie. Afgelopen jaar was dat ongeveer 300 euro per deelnemer.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    14° / 6°
    70 %
  • Zaterdag
    16° / 7°
    70 %
  • Zondag
    15° / 4°
    20 %
Meer weer