Plannen voor langjarige en gebiedsspecifieke natuurcontracten

Minister Femke Wiersma van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) laat onderzoeken of contracten voor Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) 20 jaar kunnen duren. Het maakt onderdeel uit van haar aanpak Ruimte voor Landbouw en Natuur (RLN).

Plannen+voor+langjarige+en+gebiedsspecifieke+natuurcontracten
© Dirk Hol

De minister deelde vrijdag de contouren van het nieuwe stelsel voor agrarisch natuurbeheer met de Tweede Kamer. Vanaf 2026 wil het kabinet daar jaarlijks 500 miljoen euro in investeren. Het moet naast natuur ook doelen op het gebied van waterkwaliteit en klimaat helpen halen.

Met de structurele middelen voor agrarisch natuurbeheer wil Wiersma het ANLb fors uitbreiden. Gezien de wachtlijsten bij collectieven verwacht ze deze ambitie waar te kunnen maken. De verlenging van de ANLb-contracten wil ze mogelijk maken via de Nederlandse Nationaal Strategisch Plan (NSP) van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).

‘Bij de keuze om contracten te verlengen zal evenwicht gevonden moeten worden tussen het bieden van langjarige financiële zekerheid voor ondernemers enerzijds, en binnen heldere criteria flexibiliteit om bij de kunnen sturen anderzijds’, aldus Wiersma die vergoedingen voor agrarische ondernemers periodiek wil gaan indexeren.


Stapsgewijs uitbreiden

Het bestaand instrumentarium voor agrarisch natuurbeheer wil Wiersma stapsgewijs uitbreiden. Een idee dat verder ontwikkeld moet worden is de gebiedsspecifieke vergoeding om zwaardere beheerpakketten mogelijk te maken. Dit zou kunnen worden ingezet bij de compensatie van boeren in veenweidegebieden en rondom Natura2000-gebieden en de ontwikkeling van gebiedsplannen voor beekdalen en grondwaterbeschermingsgebieden.

De bedrijfsvoering van agrarische ondernemers staat in deze gebieden vaak onder druk, schrijft Wiersma. Het kabinet zet zich in om hier een oplossing voor te bieden door de middelen voor agrarisch natuurbeheer ook in deze gebieden in te zetten. Dit moet nog wel verder worden uitgewerkt.

Wiersma: ‘Langjarige beheercontracten en concurrerende vergoedingen zijn langgekoesterde wensen van mede-overheden, sectorpartijen, agrarische collectieven en individuele boeren. Het kabinet vindt dit ook van groot belang. Het verheugt mij dat agrarische ondernemers via deze nieuwe middelen en inzet van dit kabinet een realistisch handelingsperspectief krijgen om, op een manier die past bij de ondernemer en het betreffende vestigingsgebied, stappen te maken naar een toekomstbestendige bedrijfsvoering.’


Voldoen aan Natuurherstelverordening,

Agrarisch natuurbeheer kan daarnaast worden ingezet voor het verbeteren van gruttostand. Deze blijft achter bij Europese afspraken en dat zorgde ervoor dat de Europese Commissie een inbreukprocedure startte tegen Nederland. Tevens kan ANLb helpen om te voldoen aan de vereisten van de Natuurherstelverordening, onder meer op het gebied van bestuivers en landbouwecosystemen.

Bij het uitwerken van de instrumentenmix van het Agrarisch Natuurbeheer wordt rekening gehouden met de periode van 2026 tot 2035. Daarbij zet Wiersma in op een stapsgewijze uitbreiding van de jaarlijkse uitgaven. In de aanloopjaren (2026-2030) zal nog niet het volledige structurele bedrag voor agrarisch natuurbeheer kunnen worden ingezet.

‘Ik ben daarom voornemens om deze financiële ruimte in de eerste jaren te gebruiken om ook een investeringspakket op te zetten, bijvoorbeeld voor de aanleg van landschapselementen op agrarische percelen. Zodoende kunnen investeringen op de korte termijn bijdragen aan de uitbreiding van beheer op de langere termijn zodat meer boeren de mogelijkheid krijgen om met het agrarisch natuurbeheer mee te doen’, schrijft Wiersma. ‘Met de structurele middelen voor het stelsel van Agrarisch Natuurbeheer wil ik een groeiproces in gang zetten, waarbij al lerende het proces zal worden bijgestuurd.’


Naar 280.000 hectare

Momenteel nemen circa 12.000 boeren deel aan het ANLb. De huidige regeling heeft een budget van 120 miljoen euro per jaar, waarmee ongeveer 100.000 hectare wordt beheerd. Met de 500 miljoen euro die het kabinet jaarlijks uittrekt ligt het in de lijn der verwachting dat het areaal voor het ANLb fors zal toenemen. De minister ziet een potentieel ANLb-areaal van 280.000 hectare.

Wiersma heeft in de vrijdag verschenen Kamerbrieven ook een beeld geschetst van haar aanpak op gebiedsniveau ter vervanging van het geschrapte Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). Deze aanpak heet Ruimte voor Landbouw en Natuur (RLN). Dit is gebiedsspecifiek beleid dat in aanvulling komt op generiek beleid.

Bij dat laatste wil dit kabinet een omslag maken van depositie- naar emissiebeleid in de landbouw. Sturen op de reductie van emissies wordt, waar dat kan, de basis voor bijvoorbeeld de inzet op innovatie, de opkoopregelingen en het opstellen van bedrijfsspecifieke emissiedoelen.


Stappen tellen mee

Op deze manier wil Wiersma duidelijkheid bieden aan boeren over de benodigde emissiereductie op hun agrarisch bedrijf. ‘Hiermee zet ik de boer meer aan het roer’, zegt ze. ‘Bij de ontwikkeling van de bedrijfsspecifieke emissiedoelen let ik erop dat deze verduurzaming ondertussen niet stilvalt. De stappen die boeren nu zetten om te werken aan de doelen, tellen straks mee voor doelbereik op bedrijfsniveau.’

Wiersma stelt dat generiek beleid onvoldoende zal zijn in specifieke gebieden. In deze gebieden zal daarom aanvullende inspanning nodig zijn, met het oog op de doelen voor natuur, water en klimaat. Op die plekken wil Wiersma extra inzetten en boeren die blijven ondernemen in dat gebied extra ondersteunen om samen te werken aan de lokale omstandigheden. Dat is de focus van de aanpak RLN. De langjarige middelen voor agrarisch natuurbeheer spelen hierbij een belangrijke rol.

Met de aanpak RLN richt de minister zich met name op veenweidegebieden, de beekdalen, de gebieden rondom kwetsbare Natura-2000 gebieden, de gebieden waar gewerkt moet worden aan de vermindering van de uit- en afspoeling van nitraat, fosfaat en gewasbeschermingsmiddelen uit de landbouw naar het grondwater en gebieden met een stapeling van ruimtelijke opgaven.


Gematigd positief

LTO Nederland reageert gematigd positief op de voorstellen van de minister. Positief is de belangenbehartiger over de langjarige contracten die worden nagestreeft. Tegelijkertijd zijn er volgens de belangenbehartiger nog geen harde keuzes gemaakt over de financiering en prioritering van gebieden. 'De aangekondigde uitbreiding naar 280.000 hectare is zeer ambitieus, waarbij de huidig genoemde middelen van 500 miljoen euro per jaar volstrekt tekort schieten om dat aantal hectares te realiseren. Zonder structurele en kostendekkende financiering blijft deze ambitie namelijk een papieren werkelijkheid.'

In de visie van LTO kan het ANLb doorgroeien tot 170.000 ha in 2030 (incl. areaal binnen bestaande natuurgebieden, zoals het NNN). Om dit te realiseren moet echter wel rekening gehouden worden met de te maken kosten en het feit dat er binnen de bedrijfsvoering van agrarische bedrijven aanzienlijke investeringen nodig zijn. Boeren en tuinders hebben immers te maken met hoge pachtkosten, waarde van de grond en noodzakelijke investeringen bij de omschakeling van de bedrijfsvoering.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    10° / 4°
    30 %
  • Maandag
    11° / 9°
    10 %
  • Dinsdag
    10° / 7°
    10 %
Meer weer