Mestaanpak Wiersma aangenomen, kleine daling in afromingspercentages

Het wetsvoorstel kreeg een grote meerderheid achter zich. Van de amendementen die partijen indienden, zijn er slechts twee aangenomen. Een daarvan is een voorstel van BBB en ChristenUnie die ervoor zorgt dat de wet uitgaat van de feitelijke mestproductie in 2023 en niet van een prognose voor 2024.

Dit heeft als gevolg dat het afromingspercentage – bij buiten familiaire overdracht – voor varkensrechten licht daalt van 25 procent naar 22 procent. Bij pluimvee daalt het percentage van 15 procent naar 13 procent. Bij fosfaatrechten blijft het afromingspercentage op 30 procent staan.

Een voorstel van CDA en SGP om de varkens- en pluimveehouderij helemaal vrij te waren van afroming heeft het niet gehaald. Voorafgaande aan de stemming liet BBB-fractievoorzitter Caroline van der Plas al weten met dit voorstel te worstelen.

Vrees voor generieke korting

In een stemverklaring zei Van der Plas de weerstand tegen het afromen in de pluimvee- en varkenshouderij te begrijpen. Ze kan echter niet anders dan tegenstemmen, omdat ze vreest dat de Europese Commissie anders met een generieke korting komt voor alle veehouders.

'Gedwongen krimp dus. Dat wil ik niet op mijn geweten hebben', aldus het BBB-Kamerlid. Haar partij zal er wel op toezien dat de afromingspercentages voor varkens en kippen er 'zo snel mogelijk' af gaan.

Een aangenomen amendement van NSC regelt dat wanneer de minister met een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) een afromingspercentage of de sectorale mestproductieplafonds wil wijzigen, ze daarvoor instemming nodig heeft van de Tweede én Eerste Kamer.