'Correctie via de achterdeur'

Een halfjaar geleden schreef ik dat ik hoop putte uit een uitspraak van rechtbank Overijssel in een fosfaatrechtenzaak. Het bleek geen ijdele hoop. Sindsdien bewees deze rechtbank oog te hebben voor de bijzondere situaties van melkveehouders.

%27Correctie+via+de+achterdeur%27
© Dirk Hol

Even ter opfrissing hoe het ook alweer werkt. We kennen inmiddels al ruim zes jaar het fosfaatrechtenstelsel. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) controleert of veehouders voldoende fosfaatrechten hebben. Had je een tekort, dan rapporteren ze dat aan de officier van justitie. Die beslist wat hij er verder mee wil doen. Komt er geen onderlinge oplossing, dan wordt de zaak vaak naar de rechter gebracht.

Zo ook in het geval van een melkveehouder die ik onlangs bijstond. Hij pacht sinds 2014 de boerderij, is toen begonnen met melken en heeft langzamerhand zijn veestapel uitgebouwd. De verpachter zorgde in 2014 voor voldoende melkquotum. Toen bekend werd dat 2 juli 2015 de peildatum zou zijn, was zijn veestapel nog lang niet op de gewenste omvang. Daardoor kwam hij in de knel. Gelukkig werd hij onder het fosfaatreductieplan in 2017 als knelgeval (starter) erkend.

Doordat de wet is aangescherpt, werd hij in 2018 bij het toekennen van de fosfaatrechten opeens niet meer aangemerkt als knelgeval. Daardoor kreeg hij veel te weinig fosfaatrechten. De verpachter zei dat hij zou zorgen voor voldoende fosfaatrechten, maar gaf helaas niet thuis.

De officier van justitie wilde rekening houden met de omstandigheden, maar eiste nog steeds een voorwaardelijke geldboete van 25.000 euro. Daarnaast had de officier berekend dat de veehouder ruim 360.000 euro aan leasekosten had bespaard door geen fosfaatrechten bij te leasen. Zij was bereid alleen de leasekosten over 2021 te vorderen en vroeg de rechtbank de veehouder te veroordelen tot ruim 177.000 euro (een 'ontnemingsvordering').

De rechtbank was van oordeel dat de overtreding strikt genomen wel was begaan, maar legde de melkveehouder geen straf op. Ook oordeelde de rechtbank dat de veehouder niets hoefde te betalen aan de staat als compensatie voor de bespaarde leasekosten. De rechtbank had oog voor zijn situatie als knelgeval en het feit dat dit alles plaatsvond onder omstandigheden waar hij zelf ook weinig invloed op had.

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en de bestuursrechter (CBb) lieten de veehouder in de kou staan, maar deze zaak bevestigt nog maar eens dat de strafrechter bereid is naar de persoonlijke omstandigheden te kijken en dat dit een groot verschil kan maken.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Maandag
    10° / 6°
    50 %
  • Dinsdag
    14° / 4°
    10 %
  • Woensdag
    19° / 10°
    20 %
Meer weer