Glastuinbouw Nederland in afwachting van impactanalyse over fiscale maatregelen

Dit voorjaar is door de Tweede Kamer een motie aangenomen om dit jaar met een analyse te komen over de genoemde fiscale maatregelen. De analyse zou dit najaar moeten worden opgeleverd. Glastuinbouw Nederland is erg kritisch op het eventueel belasten van het nuttig gebruik van de restwarmte, omdat dit volgens de tuinbouworganisatie juist de kracht en efficiëntie van de warmtekrachtkoppeling (WKK) is.

Uit de memorie van toelichting van het kabinet bij het belastingplan voor 2023 zijn ook de tarieven voor de energiebelasting te destilleren. Hierin is rekening gehouden met de afspraken uit het coalitieakkoord en ook met de recente wijzigingen door de introductie van een prijsplafond. In het belastingplan 2023 wordt de Opslag Duurzame Energie- en Klimaattransitie (ODE) geïntegreerd in de reguliere belastingtarieven.

Verlaagd tarief

In het huidige coalitieakkoord is bepaald om per 1 januari 2025 het verlaagd tarief glastuinbouw af te schaffen. Dat betekent dat glastuinders daarmee voor ketelgas binnen schijf 1 en 2 het reguliere tarief in de energiebelasting betalen. Ook is in het coalitieakkoord vastgesteld om met ingang van 1 januari 2025 voor WKK-installaties de vrijstelling in de energiebelasting te beperken tot elektriciteit die op het net wordt gezet.

Volgens Glastuinbouw Nederland wordt nog onderzocht hoe gas en elektriciteit, dat wordt gebruikt voor stroomproductie, en mogelijk ook warmte te splitsen in een belast en onbelast deel. De eerste analyse van de brancheorganisatie is dat de splitsing plaatsvindt aan de hand van de energetische inhoud van de outputstromen.

Dat houdt in dat gas dat wordt gebruikt voor de opwek van stroom voor het net onbelast blijft. Belast wordt gas voor de productie van bruikbare warmte en de opwek van elektriciteit dat zelf wordt verbruikt.