Drentse Staten willen helderheid over stikstof in natuurgebieden

De onderzoeksgegevens zijn van belang bij het opstellen van de gebiedsgerichte aanpak. Daarbij wordt per stikstofgevoelig natuurgebied bepaald welke maatregelen worden getroffen om die natuur beter te beschermen. De vraag is namelijk of het aandeel van de landbouw in de stikstofbelasting verhoudingsgewijs dan nog zo groot is.

Volgens VVD-Statenlid Johan Moes zou je op basis van deze rapporten het provinciale stikstof en natuurbeleid moeten aanpassen. 'Klopt het dat het nemen van bronmaatregelen op basis van deze onderzoeksuitkomsten geen enkele zin heeft', wil hij van Gedeputeerde Staten weten. Hij vraagt zich daarbij af wat is gedaan met de aanbevelingen van de onderzoekers.

Grondwaterstand

De stikstofvoorraad in de bodem komt pas vrij bij beroering of het veranderen van de grondwaterstand. 'Daarom moet het effect dat deze stikstof kan hebben onderdeel zijn van de discussie over de gebiedsplannen', zegt LTO-beleidsadviseur Roel Visser. 'Deze rapporten kunnen ons zeker helpen bij de beeldvorming over het aandeel van de natuur zelf in de stikstofbelasting en de noodzaak om emissie vanuit de landbouw te verminderen.'

De rapporten zijn openbaar gemaakt na een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur door Farmers Defence Force. Met de gegevens is door stichting Agrifacts een analyse gemaakt. Zij komt tot de conclusie dat de bodemprocessen in natuurgebieden een grotere invloed hebben op de natuurkwaliteit dan de neerslag vanuit de landbouw. Provincie Drenthe zegt dat inmiddels wordt gewerkt aan een beleid om de bodem in natuurgebieden zo veel mogelijk met rust te laten.