POV: Deltaplan Dierenbescherming wel en niet realistisch

De Dierenbescherming heeft haar streefdoelen voor 2050 voor onder meer de varkenshouderij gebundeld in het Deltaplan veehouderij. Een paar hoofdpunten: de Dierenbescherming wil dat varkens in 2050 worden gehouden in een integraal duurzaam ontworpen familiestalsysteem.

De zeugen krijgen per worp minder biggen dan in 2020, en brengen hun kroost zelf in minimaal 42 dagen groot in kraamopfokhokken, waar een klein aantal zeugen en hun biggen in een groep met elkaar leven.

Alle varkens hebben buitenloop naar een weiland met modderbad en ingrepen als castratie en staartpunten couperen zijn niet toegestaan. Verder houdt de Dierenbescherming een pleidooi voor het eten van minder vlees.

Oog voor realiteit

Het Deltaplan veehouderij wordt volgens de POV opgediend met een saus van 'ledenwerfretoriek'. Daardoorheen kijkend kan worden geconcludeerd dat het plan op onderdelen aansluit bij het Actieprogramma Vitale Varkenshouderij van de Coalitie Vitale Varkenshouderij (CoViVa) en de POV, waarbij de Dierenbescherming is betrokken. Enkele ambities van de Dierenbescherming zijn volgens de POV niet realistisch en staan de ontwikkeling naar een innovatieve kringloop varkenshouderij in de weg.

Dierhouders en ketenpartijen doen investeringen voor de lange termijn en zijn afhankelijk van de marktontwikkelingen en de individuele situatie.

Dialoog vervolgen

De POV vindt het positief dat partijen in de samenleving meedenken over de varkenshouderij en vervolgt graag de dialoog die er al is met de Dierenbescherming.

LTO Nederland waarschuwt voor 'postzegeldenken' en radicale systeemveranderingen op de korte termijn. Veehouders en andere partijen in de keten doen investeringen voor de lange termijn en zijn daarbij grotendeels afhankelijk van de markt en hun individuele situatie.