Varkens- en pluimveehouders raken POR kwijt

Het CBb deed dinsdag uitspraak in de beroepen van de varkens- en pluimveehouders. In het kader van de POR-regelingen konden de veehouders tijdelijk een ontheffing krijgen van het uitbreidingsverbod. Hierdoor hoefden zij slechts voor de helft van de uitbreiding te beschikken over voldoende dierrechten. In de uitspraken oordeelt het college dat de minister in redelijkheid hun verzoeken om (verdere) verlenging van de ontheffing heeft geweigerd.

Volgens het CBb is de verwachting van de varkens- en pluimveehouders dat de dierrechten zouden verdwijnen en dat zij na afloop van hun ontheffing niet meer over die dierrechten hoefden te beschikken, niet gerechtvaardigd. De looptijd en einddatum van de ontheffingen zijn vanaf het begin duidelijk geweest.

Ondernemerskeuze

De keuze om wel of niet deel te nemen aan de POR-regelingen is een ondernemerskeuze geweest, oordeelt het CBb. De financiële gevolgen voor de varkens- en pluimveehouders wegen minder zwaar dan het beheersen en beperken van de mestproductie in Nederland en het behouden van de verkregen derogatie. Tegen de uitspraak is geen hoger beroep mogelijk.