Duurzaamheid naar volgend niveau tillen

Duurzame landbouw vatten in een definitie is lastig, vindt directeur Ernst van den Ende van de Plant Sciences Group van Wageningen University & Research. 'Het is eerder een keuze. En dan vooral een keuze voor het accepteren van nieuwe technieken die gunstig zijn voor het milieu of andere aspecten van duurzaamheid.'

Samen met divisiehoofd Liam Condon van Bayer CropScience en voorzitter Piet Boonekamp van Artemis, de branchevereniging voor bedrijven die zich bezighouden met biologische gewasbescherming, gaf Van den Ende vorige week zijn visie op duurzame landbouw.

Forward Farm

Plaats van handeling was het akkerbouwbedrijf van Jasper Roubos in Abbenes. Daar opende Bayer een Forward Farm voor het demonstreren en implementeren van nieuwe landbouwtechnieken op praktijkniveau.

Van den Ende wijst erop dat de beleving van duurzaamheid vaak persoonlijk is. Als voorbeeld noemt hij de acceptatie van genetische modificatie (gmo). Van veel gmo-technieken is volgens hem bekend dat ze ervoor zorgen dat de landbouw minder afhankelijk wordt van milieubelastende hulpmiddelen.

Communicatie

Condon vindt dat in de ontwikkeling naar een duurzame landbouw communicatie meer aandacht verdient. 'Gmo is inderdaad een mooi voorbeeld. Daarvan is vooral het voordeel belicht voor de landbouw en zijn we de maatschappij vergeten', zegt hij.

'Bij de discussie over nieuwe veredelingstechnieken op basis van gene editing krijg ik een déjà-vugevoel. We moeten daarom niet opnieuw dezelfde fouten maken.'

Geen 'silver bullet'

Om duurzaamheid naar een volgend niveau te tillen zijn innovaties een voorwaarde, stelt Van den Ende. 'Er zijn veel ontwikkelingen variërend van veredeling tot precisielandbouw en datamanagement. Het is een heerlijke tijd voor wetenschappers. Alleen beschikken we niet over een 'silver bullet' die allesbepalend is voor de ontwikkeling van de duurzame landbouw.'

Boonekamp ziet de systeembenadering als speerpunt voor de verduurzaming. 'Het stapelen van biologische oplossingen maakt ons minder afhankelijk van de chemie. Die weg is technisch nu eenmaal eindig en ook de maatschappij accepteert het gebruik steeds minder.'

Groene gewasbescherming

Meer groene gewasbescherming ziet de Artemis-voorman als grote uitdaging. 'We moeten inzetten op weerbare gewassen en nieuwe wetgeving om de toelating van groene middelen te versnellen.'

Boonekamp voorspelt dat het aandeel biologische middelen in 2030 50 procent bedraagt. Van den Ende is minder optimistisch, maar stelt wel dat chemische en biologische middelen goed passen binnen één systeem.

Veilige landbouw

Condon benadrukt dat ook voor groene middelen geldt dat ze effectief moeten zijn en geen negatieve invloed hebben op het milieu. 'Uiteindelijk willen een veilige landbouw met gezonde mensen op een gezonde planeet.'