De directeur

‘...en ik ben dan ook verheugd dat ik hierbij kan mededelen dat vanaf 1 januari Jurre de nieuwe directeur van de zorgstichting wordt.’ Glimmend kijkt de huidige eigenaar van onze zorgboerderij de kring rond. Met grote ogen kijk ik naar mijn man.
‘Wát ga je doen?’
‘Sorry, ik had nog niet het juiste moment gevonden om het je te vertellen.’
Alle aanwezigen beginnen te lachen. ‘Hanna, wist je dat nog niet? Houden jullie werk en privé zo strikt gescheiden?’
Als we na de vergadering naar huis lopen, verontschuldigt mijn man zich. ‘Ik hoorde maandagavond dat ik door het bestuur van de stichting voorgedragen was, maar toen ik thuis kwam lag jij al te slapen. En daarna ben ik het eigenlijk vergeten. Feitelijk verandert er ook niet veel, behalve dat ik meer kantoorwerk ga doen en minder bij de koeien ben.’
‘Er zit geen directeurssalaris aan vast?’ Jurre schatert. ‘Nee, en ook geen privileges. Wél kun je je vriendinnen nu vertellen dat je met een directeur bent getrouwd.’
‘Denk je dat ik een statustypje ben?’
‘Dat dénk ik niet, dat wéét ik.’ Ik omhels mijn man en geef hem een kus op zijn neus.
‘Ik heb het nooit erg gevonden om te zeggen dat ik met een boer ben getrouwd. Sterker nog: ik vind het wel stoer. Kijk hoe hard je werkt! En met alle controles, dieren, ziektes, deelnemers en klimaatgrillen is het echt niet zo eenvoudig. Menig arbeider zou al gillend gek zijn geworden van zo veel verantwoordelijkheid, mezelf incluis.’
‘De overname die gepland staat, zal behoorlijk veel tijd en energie van me vragen. Meer dan ooit zal ik aan het werk zijn. Kun jij dat aan?’
Ik kijk de woonkamer rond. Zie de moddersporen op de vloer, het rondslingerende speelgoed, de uitpuilende wasmand. Voel aan de wallen onder mijn ogen. Denk aan alle grootse plannen die ik heb voor een nieuwe boerderijwinkel. Hoor het gillen van onze peuter. Verplaats mijn blik naar de half afgebouwde schuur in de tuin. ‘Op voorwaarde dat we een tuinman, een schoonmaakster en een kok in dienst nemen. En een au pair natuurlijk.’ Ik knipoog, schenk twee glazen rode wijn in en kijk naar mijn man. Wat ben ik trots op hem, op ons.
‘Proost, meneer de directeur. Natuurlijk kan ik het aan. Achter elke succesvolle man staat een sterke vrouw. Je weet toch.’