Geitenhouders leren van elkaars cijfers

Bedrijfstechnische cijfers met elkaar vergelijken, waardoor je als melkgeitenhouder nog beter kunt sturen op resultaten. Dat is het doel van het programma ‘Geiten Rendement In Beeld’ (GRIB), dat is ontwikkeld door LTO-vakgroep Melkgeitenhouderij en zes voerfirma’s.

Anne-Marie RopsMaandelijks ontvangen de deelnemers een uitdraai van GRIB. Daarmee kunnen zij zien wat de referentiegroep (het gemiddelde van het totaalaantal deelnemers) doet en hoe zij zelf draaien.
‘Het is belangrijk om te vergelijken hoe efficiënt wij melkgeitenhouders produceren en hoe duurzaam wij met de veestapel omgaan’, vindt William van der Burg (32), melkgeitenhouder in Zegveld. ‘Duurzaamheid is voor mij het realiseren van een hoge levensproductie per geit, een geit die lang meegaat op het bedrijf. Daar draagt GRIB aan bij, want ik heb nu meer inzicht in de cijfers, ik kan zien wat de effecten zijn van de keuzes die ik maak en hoe ik nog beter kan werken aan resultaat op dit gebied.’
LTO-vakgroep Melkgeitenhouderij nam met zes voerleveranciers, ondersteund door automatiseringsbedrijf ELDA, het initiatief om te komen tot een instrument voor het vergelijken van cijfers. Dit programma GRIB draait nu ruim een jaar. Circa 25 procent van de melkgeitenhouders in Nederland doet mee, dat wil zeggen levert technische cijfers aan voor de vergelijking. Ook de deelnemende voerleveranciers verstrekken cijfers.
De melkgeitenhouderij is een relatief kleine sector, met binnen de sector verschillende manieren van bedrijfsvoering. ‘Geitenhouders hanteren diverse strategieën in hun bedrijfsvoering’, zegt Van der Burg. Zo kiest het ene bedrijf voor een ruwvoerrijk rantsoen en het andere voor een stro-brokrantsoen. En de één kiest voor duurmelken en de ander voor jaarlijks aflammeren. Ook is het per bedrijf verschillend hoe lang de geiten op het bedrijf aanwezig zijn.
Maar ook de voerleveranciers hanteren verschillende rekenmethoden van bedrijfstechnische kengetallen. ‘Als je die naast elkaar legt, is het appels met peren vergelijken’, vindt Teunis Bultman (35), melkgeitenhouder in Doornspijk. ‘Maar in het programma GRIB worden alle verschillen nu vertaald, wat uniforme en transparante cijfers oplevert. Daardoor zijn mijn eigen cijfers nu wel met collega-melkgeitenhouders te vergelijken’, stelt hij.
Voor Bultman was de eerste uitdraai van GRIB een echte eyeopener. ‘’Deksels, er is nog heel wat te halen’, dacht ik toen ik al die cijfers onder ogen kreeg. Je ziet waar je goed bezig bent in je bedrijf, maar ook waar nog uitdaging zit. Ik ben meteen met de voerleverancier om tafel gegaan en we hebben een plan gemaakt om te werken aan een aantal verbeteringen.’
Van der Burg en Bultman zijn lid van de klankbordgroep GRIB, die als doel heeft het bewaken van het doel van GRIB. Boeren, voerleveranciers en ELDA zijn vertegenwoordigd in deze groep die draait onder voorzitterschap van Jeannette van de Ven, voorzitter van LTO-vakgroep Melkgeitenhouderij.
‘Als ondernemers bewaken wij dat GRIB van de boeren blijft’, zegt Bultman. ‘De cijfers worden anoniem aangeleverd, je krijgt zelf je eigen cijfers te zien en het gemiddelde van de referentiegroep. Alleen de boer bepaalt wie zijn cijfers in mag zien, wie hij uitnodigt om met hem te praten hierover.’

Verder uitrollen

GRIB is niet af, het programma is nog in ontwikkeling. ‘Bedoeling is het programma verder uit te rollen en te blijven optimaliseren. Ook is het onze taak om signalen van geitenhouders op te halen, wat zij vinden van het programma, wat ze nog missen of wat nog beter kan’, zegt Van der Burg. ‘Natuurlijk hopen we dat het aantal deelnemers nog toeneemt. Als de tachtig deelnemers van nu enthousiast zijn, dan moet het niet moeilijk zijn om dit aantal te laten groeien.’

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    14° / 8°
    20 %
  • Zondag
    15° / 4°
    20 %
  • Maandag
    11° / 8°
    95 %
Meer weer