Optimisme over aanbod legt druk op tarwenoteringen

De Matif in Parijs noteerde gisteren nog 189,50 euro per ton voor maaltarwe op levering in maart. Dat is iets minder dan een week geleden. Ook de termijnnoteringen van contracten voor latere leveringen zijn lager dan de voorgaande periode. Het is een teken dat de markt zich instelt op het ruimere aanbod dat wordt bevestigd door USDA in het World Agricultural Supply and Demand Estimates (Wasde)-rapport van december.

USDA schrijft de hogere productieprognose voor het seizoen 2025-2026 toe aan recordoogsten in onder meer Canada en Argentinië. Voor Canada is de verwachting ten opzichte van het novemberrapport van Wasde met 3 miljoen ton naar boven bijgesteld. Voor Argentinië gaat USDA nu uit van een tarweproductie van 24 miljoen ton, dat is 2 miljoen ton meer dan de eerdere prognose en vooral een gevolg van de goede groeiomstandigheden in het belangrijkste teeltgebied in de provincie Buenos Aires.

Voor de Europese Unie meldt USDA op basis van statistieken uit verschillende lidstaten nu een totale productie van 144 miljoen ton. Dit is een stijging van 1,7 miljoen ton ten opzichte van een maand geleden en 22 miljoen ton meer dan de tarweoogst van vorig jaar. Voor zowel Australië als Rusland zijn de productiecijfers ook weer optimistischer dan in november. Respectievelijk 37 en 87,5 miljoen tarwe is voor beide landen nog een plus van 1 miljoen ton.

Meer tarwe naar veevoer

Tegenover het grotere aanbod staat ook een verhoging van het gebruik van tarwe met 4,1 miljoen ton tot in totaal 823 miljoen ton. USDA gaat ervan uit dat de consumptie in de belangrijkste productielanden voor tarwe gaat stijgen en ook dat nog meer tarwe gaat worden gebruikt voor veevoer. De wereldhandel stijgt met 1,5 miljoen ton tot 218,7 miljoen ton, omdat met name Canada, Australië en Argentinië meer exportvolume beschikbaar hebben.

De theoretische eindvoorraad voor tarwe wordt nu wereldwijd berekend op 274,9 miljoen ton. Dat is 3,4 miljoen ton meer dan in november. Het niveau van de tarwevoorraad is daarmee weer op het niveau van het begin van het productieseizoen 2023-2024. De huidige eindvoorraad die USDA verwacht is goed om voor 17,4 weken ofwel zo'n 4 maanden te voorzien in de wereldbehoefte aan tarwe.