Aandeel grasland per gve slechts heel licht omlaag

Per gve is er volgens voorlopige cijfers gemiddeld 0,382 hectare grasland in gebruik. In 2024 was dat nog 0,384. De afgelopen jaren schommelde de hoeveelheid grasland per gve altijd rond de 0,40 hectare. In 2006 was het 0,41 en tien jaar later 0,36 hectare.

In Noord-Holland is het areaal gras met 0,49 hectare per gve het hoogst, gevolgd door 0,45 in Zuid-Holland en 0,44 in Friesland. In Noord-Brabant is dit aandeel met 0,25 hectare per gve het laagst. Iets daarboven staat Flevoland met 0,26.

Verder is er een verschil tussen kleine en grote bedrijven. Op bedrijven met minder dan vijftig melkkoeien is 0,6 hectare per gve in gebruik, bij meer dan tweehonderd melkkoeien is dit 0,32.

De kleine daling in de oppervlakte grasland per gve komt doordat het areaal op de melkveebedrijven krimpt met 13.253 hectare (1,9 procent), maar het aantal gve's met 25.586. Dit jaar zijn er nog 1,46 miljoen melkkoeien in Nederland. Dat zijn er 10.732 minder dan in 2024. De melkveestapel zit nu bijna op de 1,47 miljoen koeien van 2013. In 2016 werd de top bereikt met ruim 1,66 miljoen melkkoeien.

De krimp in gve's komt voor een groot deel voor rekening van het jongvee. Dat aantal zit op het laagste niveau sinds 2000. Dit jaar zijn er 358.160 kalveren, 23.899 minder dan in 2024. En er zijn nu 321.354 pinken, 18.831 minder dan vorig jaar. Het aandeel jongvee ouder dan 2 jaar groeit met 1.078 naar 59.603 dieren.

70 procent voor melkkoeien

Alle melkveebedrijven samen hebben 668.000 hectare grasland. Dat is ongeveer 70 procent van het totale areaal grasland dat in Nederland in gebruik is. De rest wordt gebruikt door vleesvee, schapen, geiten, paarden en andere dieren.

De melkveebedrijven hebben 481.000 hectare blijvend grasland, dat is 72 procent van het totaal. Verder is er 147.000 hectare tijdelijk grasland ofwel 22 procent van het totaal. 6 procent bestaat uit natuurlijk grasland.

25 jaar geleden hadden alle melkveehouders samen 659.000 hectare grasland in gebruik ofwel 0,389 hectare per gve. Het areaal blijvend grasland was toen zo'n 90 procent. Tussen 2002 en 2004 groeide het areaal tijdelijk grasland flink. Het aandeel natuurlijk grasland is gegroeid van 1 procent in 2000 naar 6 procent in 2025.