Adema vangt bot in Brussel, vrees voor generieke korting groeit

Tijdens een Kamerdebat op woensdag 27 maart uitten verschillende Kamerleden hun zorgen over het vastlopen van de mestmarkt als gevolg van het derogatieverlies. Die zorgen worden gedeeld door Adema, die zegt daarover intensieve gesprekken te voeren in Brussel.

De bewindsman stelde de Commissie onder meer voor om binnen de derogatiebeschikking ruimte te creëren voor grondgebonden bedrijven, maar daarvoor krijgt hij de handen niet op elkaar. 'Tot nu toe zijn die gesprekken zonder enig resultaat.'

Generieke korting

Ondertussen neemt zowel in de Kamer als bij de bewindsman de zorg toe over een mogelijk door Brussel opgelegde generieke korting. De minister werkt momenteel aan een pakket maatregelen om dat te voorkomen. Naar verwachting treedt hij daar volgende week mee naar buiten.

'Als we niets doen, niet ingrijpen, krijgen we met een generieke korting te maken die er uiteindelijk toe gaat leiden dat onze boeren te maken krijgen met economische verliezen en dat bedrijven gaan omvallen', aldus Adema.

BBB-Kamerlid Cor Pierik wil dat als er 'onverhoopt' een generieke korting komt, er bij de bepaling van een peildatum rekening wordt gehouden met boeren die nu al hun veestapel reduceren om kosten te drukken. Adema vroeg Pierik een motie met die strekking aan te houden tot na het mestdebat dat op donderdag 11 april staat gepland.

Grote verantwoordelijkheid

De minister noemde dat commissiedebat 'buitengewoon belangrijk'. 'Op het demissionaire kabinet en de Tweede Kamer rust een grote verantwoordelijkheid om een generieke korting te voorkomen.'

Een week voor het mestdebat, op 4 april, vindt in de Kamer een zogenoemde technische briefing plaats over de effecten van het mestbeleid. Kamerleden kunnen daarbij vragen stellen aan leden van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM). Deze onafhankelijke wetenschappelijke commissie adviseert het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het onderhoud van en aanpassingen aan de Meststoffenwet.