New Holland werkt constant aan machines

New Holland wil met trekkers, hakselaars, combines en grootpakpersen, maar ook met een tuin- en parkdivisie en een constructielijn met graafmachines een echte fullliner zijn. Verkoop, service en onderhoud kunnen elkaar dan versterken en klanten binden. Sinds de overname van Kongskilde in 2017 van het Deense DLG horen daar ook werktuigen in voederwinning en grondbewerking bij.

Daarin is de multinational niet de enige. Zo kocht Kubota de machinebouwer Kverneland en Agco (Fendt en Massey Ferguson) de werktuigen van Lely. Claas was juist een machinefabrikant die trekkerbouwer Renault kocht en breidt nu uit met verreikers en shovels. Het Kongskilde-gamma is niet te krijgen bij de CNH-zustermerken Case IH en Steyr, in tegenstelling tot de gezamelijke Agxtend-divisie voor werktuigen in precisielandbouw.

Fabrieken in Polen

Het merk Kongskilde omvat in de praktijk een hoofdkantoor in Denemarken en twee fabrieken in Polen en Zweden. Bijbehorende merken zijn Överum (ploegen), Howard (frezen), Becker (zaaimachines) en JF-Stoll (voederwinning). De machines zijn er sinds drie jaar onder New Holland-label. De grondbewerkingsmachines in het blauw aan en de maaiers, schudders en harken in het geel.

Vrijwel alles is tegelijk ook nog in het Kongskilde-rood te krijgen. De voermengwagen zelfs alleen maar in het rood en niet in het geel of het blauw. 'Homologatie maakt het lastiger om de machine wereldwijd aan te bieden. Voor gedragen en halfgedragen werktuigen is dit eenvoudiger', weet Michael van Giel, verantwoordelijk voor de machines bij New Holland.

Machines in ijskast

Sinds de overname zijn machines in de ijskast gezet, maar ook juist nieuw geïntroduceerd. De productie van de Becker-mais- en bietenzaaimachines is voorlopig gestopt wegens een te kleine en lokale markt. Ook zal de voormalige Howard-frees op de achtergrond raken ondanks dat deze mooi past bij de compacttrekkers die New Holland van LS betrekt.

De pneumatische zaaimachine van Kongskilde en de XL-schijveneggen zijn al eerder geschrapt, omdat deze eigenlijk alleen in Nederland werden verkocht. Tegelijk zijn er ook werktuigen bij gekomen via een overeenkomst met Maschio Gaspardo. Dit Italiaanse bedrijf produceert voortaan de SDM- en SDH-schijveneggen en de SUM- en SUH-diepwoelers in het blauw. Van Giel sluit niet uit dat er meer machines van Maschio Gaspardo worden betrokken.

Schoffels met camera

New Holland omarmt ook de vaste en cameragestuurde schoffels van Kongskilde. Behalve in het rood is deze nu ook in blauw te krijgen onder de typeaanduiding SRC. In de opkomende chemievrije onkruidbestrijding is een schoffel immers een belangrijk werktuig. De kans is nog niet aangegrepen om door te ontwikkelen op de koppeling in hardware en software tussen trekker en machine, nu alles in eigen huis is.

'Een Isobus-koppeling werkt in principe natuurlijk tussen alle merken, maar in de praktijk blijven er altijd hiaten. Een eigen machinelijn wordt vanzelf meer op eigen trekkers getest en zal daar dus zeker feilloos werken', beredeneert Van Giel.

Samenwerking R&D-afdelingen

De hooibouwmachines zijn geel, net als de machines uit het Belgische Zedelgem. Beide R&D-afdelingen zijn nog niet geïntegreerd, maar werken wel samen. Componenten van de combine worden al in de fabriek van Kongskilde in Polen gemaakt. De JF-hakselaar blijft Kongskilde-rood.

'De focus op de ontwikkeling ligt bij de maaier. We zijn tevreden over de techniek, maar willen nog wat doen aan het design', aldus Van Giel.

Triple in ontwikkeling

De breedste triplemaaier is 8,6 meter breed. De getrokken Kongskilde GXT-triplemaaier van 12 meter breed wordt doorontwikkeld. Onlangs is er één verkocht voor een project bij de Dairy Campus in Leeuwarden om te werken met rijpaden.

Ook een bredere schudder en hark zouden niet misstaan. De breedste New Holland-schudder telt nu 8,8 meter breedte met acht rotoren. De breedste hark heeft twee elementen en is 8,2 meter breed.

Breed distributienetwerk

Sinds New Holland de machines in eigen kleur via eigen dealers verkoopt, is de omzet toegenomen, zegt Van Giel. 'Zeker in landen waar Kongskilde amper aanwezig was, zoals België, zie je een stijging. Het brede distributienetwerk en het fulllinerschap hebben dus nut.'