NVWA vindt bruinrot bij Friese pootgoedteler

De bruinrotbesmetting kwam aan het licht bij reguliere toetsing van pootgoed door keuringsdienst NAK. De NVWA heeft samen met de NAK onderzoek gedaan naar de bron en naar eventuele verdere verspreiding van de bruinrotbesmetting.

Dit traceringsonderzoek heeft geen nieuwe vondsten opgeleverd en ook is geen concrete aanwijzing gevonden waar de introductie in de partij heeft plaatsgevonden. In een klonaal verwante partij bij een andere pootgoedteler is de bacterie niet vastgesteld. Hieruit concludeert NVWA dat geen sprake is van een zogenoemde lijnbesmetting.

Bron onbekend

Ook onderzoek in andere partijen op het getroffen pootgoedbedrijf heeft geen besmetting aan het licht gebracht, waardoor de bron niet is vastgesteld. Daardoor wordt uitgegaan van introductie op het betreffende bedrijf.

De bacterie Ralstonia solanacearum, die bruinrot in planten veroorzaakt, heeft in de Europese Unie een quarantainestatus. In grote delen van Nederland komt de bacterie in oppervlakte water voor. Om verspreiding van de besmettelijke ziekte te voorkomen, geldt in de betreffende gebieden voor aardappelen een beregeningsverbod.

Beperkingen en hygiënemaatregelen

De NVWA neemt maatregelen op bedrijven waar besmetting met bruinrot is vastgesteld. De betreffende partij wordt besmet verklaard en alle andere pootgoedpartijen van het bedrijf mogen niet worden uitgeplant. Verder gelden er beperkingen aan de percelen en moeten hygiënemaatregelen worden genomen.

Het aardappelras Taurus wordt vooral in Groot-Brittannië op behoorlijke schaal geteeld voor de verwerking tot chips. Het is een ras van pootgoedbedrijf HZPC. Afgelopen jaar bedroeg het areaal pootgoed van Taurus in Nederland ongeveer 150 hectare.