Gezond houden van gewassen is grotere uitdaging

Telers ervaren bij het gezond houden van hun gewassen meer knelpunten dan tien tot vijftien jaar geleden. Dat blijkt uit een inventarisatie van NVWA. Redenen voor de toename zijn volgens deskundigen de grotere druk op het middelenpakket, de introductie van nieuwe ziekten en plagen en de aanhoudende afhankelijkheid van chemische oplossingen.

Gezond+houden+van+gewassen+is+grotere+uitdaging
© Nieuwe Oogst

Suzuki-fruitvlieg is in diverse fruitgewassen in korte tijd uitgegroeid tot een serieus probleem. Ook is de bestrijding van duist in granen lastiger dan een paar jaar geleden vanwege resistentieontwikkeling. En bijvoorbeeld bruinrot in roos is een besmettelijke aantasting die voor Nederlandse kwekers betrekkelijk nieuw is.

Het zijn voorbeelden van nieuwe verontrustende ontwikkelingen ofwel knelpunten in de teelt van land- en tuinbouwgewassen, zoals die geconstateerd zijn in een recent monitoringsproject van NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit). Uit de inventarisatie blijkt ook dat phytophthora in aardappelen, aaltjes in de akkerbouw en bijvoorbeeld knolcyperus aantasters zijn die al heel lang overlast veroorzaken.

Eventueel verontrustend

Na 2005 en 2009 heeft NVWA vorig jaar opnieuw een monitoring uitgevoerd om de ontwikkeling van ziekten, plagen en onkruiden in de gewassectoren in beeld te brengen. Doel is het vaststellen van trendmatige ontwikkelingen in Nederland die eventueel verontrustend zijn.

'Knelpunten ontstaan door beperkingen van het middelenpakket'

Jos Wubben, bij NVWA senior-beleidsmedewerker gewasbescherming

Jos Wubben, bij NVWA senior-beleidsmedewerker gewasbescherming en betrokken bij het monitoringsproject, vertelt dat de inventarisatie de eerste twee keer is uitgevoerd in opdracht van het toenmalige ministerie van LNV om het beleid te toetsen.

'Nu hebben we in overleg met stakeholders zoals LTO, Nefyto en Agrodis, namens de gewasbeschermingsindustrie en -handel, besloten om op eigen initiatief de monitoring uit te voeren. Wij vinden het met de sectoren van belang om de vinger aan de pols te houden', zegt Wubben.

Vragenlijst invullen

De input voor de inventarisatie verzamelden Wubben en zijn collega's tijdens bijeenkomsten met specialisten en coördinatoren uit zes gewassectoren (akkerbouw/vollegrondsgroenten, glastuinbouw, paddenstoelen, fruitteelt, boomkwekerij en bloembollen). Per sector vulden de deelnemers een vragenlijst in. Naast een update over de ziekten en plagen zijn er bij de laatste inventarisatie ook vragen gesteld over de implementatie van de geïntegreerde gewasbescherming.

Uit de inventarisatie in 2016 blijkt dat het aantal verontrustende ontwikkelingen vanaf 2009 is toegenomen met 39. Daar staat tegenover dat ten opzichte van de vorige monitoring 23 knelpunten niet meer als zodanig ervaren worden. Totaal heeft de Nederlandse land- en tuinbouw te maken met 109 ziekten, plagen of onkruiden die als verontrustend zijn aangemerkt.

Een ontwikkeling is in het kader van deze monitoring verontrustend als een aantaster niet of nauwelijks te bestrijden is of veel inzet van chemische middelen vraagt. 'Nieuwe knelpunten ontstaan vaak als gevolg van uitvoering van het toelatingsbeleid of als nieuwe ziekten en plagen zich voordoen.'

Klimaatsturing

Een oplossing voor een knelpunt kan komen door nieuwe toelatingen. Het middel Coragen tegen fruitmot is daarvan een voorbeeld. 'De ziektedruk kan ook gewoon vanzelf afnemen of verminderen als gevolg van effectieve maatregelen. Klimaatsturing in de bedekte sierteelt om botrytis te voorkomen is daarvan een mooi voorbeeld. Maar ook de teelt van nieuwe resistente rassen tegen verschillende ziekten en plagen kan heel effectief zijn', aldus Wubben.

Voor de laatste inventarisatie is de teeltspecialisten ook gevraagd over welke potentiële verontrustende ontwikkelingen zij zich zorgen maken. Veel genoemd daarbij in de boomteelt is de xylella-bacterie, waarvoor vanuit Zuid-Europa besmettingen dreigen. Andere dreigende ziekteverwekkers zijn bijvoorbeeld de tomatenmineermot (Tuta absoluta) in tomaten, koprot in uien en alternaria in aardappel.

Op basis van de monitoring van NVWA is een conclusie dat de gewassectoren in Nederland te maken krijgen met alleen maar meer knelpunten. Belangrijke oorzaak is zoals genoemd de beperking van de bestrijdingsmogelijkheden en de maatschappelijke druk daarop. Maar ook speelt bijvoorbeeld de klimaatverandering een rol, meldt Wubben. 'Andere factoren zijn de steeds intensievere teeltsystemen en de groeiende economische druk om hoogkwalitatieve producten te telen.'

Afhankelijk van chemie

Een tweede conclusie is dat de gewassectoren in grote mate nog afhankelijk zijn van chemische middelen voor een effectieve gewasbescherming. 'Er is behoefte aan teeltsystemen met meer weerbaarheid vanuit de bodem en de plant zelf. Verder is het goed dat het huidige beleid gericht is op vergroenen en het zoeken naar alternatieven voor chemie.'

Wubben stelt dat de monitoring zoals de NVWA die nu presenteert meer inzicht geeft in de knelpunten van de Nederlandse gewastelers. 'Als duidelijk is waar de problemen liggen, kan gericht gezocht worden naar oplossingen. Onze conclusies kunnen de basis zijn voor nieuwe onderzoeksvragen.'

Klik hier voor de volledige rapportage monitoring ziekten, plagen en onkruiden voor de periode 2009-2016.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Donderdag
    5° / 3°
    20 %
  • Vrijdag
    4° / 2°
    10 %
  • Zaterdag
    6° / -1°
    70 %
Meer weer