Energiebesparing wordt verplicht

Jan van LiereHet Activiteitenbesluit schrijft voor dat bedrijven met een gasverbruik groter dan 25.000 kubieke meter en/of een elektriciteitsverbruik groter dan 50.000 kilowattuur per jaar, energiebesparingsmaatregelen moeten nemen. Het gaat expliciet om maatregelen die een terugverdientijd van minder dan vijf jaar hebben.
De verplichting geldt voor alle soorten ondernemingen, dus ook voor land- en tuinbouwbedrijven. In de veehouderij en in de plantaardige teelten komen heel wat bedrijven met hun energieverbruik boven de gestelde grens. Glastuinbouwbedrijven zijn er over het algemeen van uitgesloten in verband met het CO2-sectorsysteem.
In het in 2013 gesloten Energieakkoord voor duurzame groei is afgesproken dat de overheid volgend jaar voor dit onderdeel van het Activiteitenbesluit handhavend gaat optreden. Dat vereist voor ondernemers snelle duidelijkheid over de vraag welke maatregelen ze moeten nemen. Het zal vooral gaan om aanpassingen in en aan gebouwen.
LTO Nederland heeft nu een tijdelijke werkgroep die samen met Infomil en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) gaat kijken welke ‘erkende maatregelen’ een terugverdientijd van minder dan vijf jaar hebben. Voor andere sectoren in de economie, bijvoorbeeld bakkerijen, winkels en autogarages, zijn vergelijkbare groepjes actief.
De op te stellen lijst zal fungeren als een hulpmiddel voor ondernemers en gemeenten. Bedrijven die de erkende maatregelen hebben genomen, voldoen zeker aan het Activiteitenbesluit. Een ondernemer mag echter ook op andere manieren hardmaken dat hij alle energiebesparingsmaatregelen met een korte terugverdientijd heeft genomen.
De LTO-vakgroepen is gevraagd informatie aan te leveren voor de lijst van erkende maatregelen. Leden die voor hun sector mee willen kijken, kunnen zich melden bij beleidsmedewerker Harry Kager via harry.kager@zlto.nl.