Verdeeldheid over bio-regels

Arno de SnooDe aanwezigheid van niet-toegelaten stoffen in biologische producten is flink punt van discussie. Volgens het huidige voorstel van de Europese Commissie mogen er geen residuen in de bio-producten zitten. Is dat wel het geval dan wordt de waar gedecertificeerd. Dan mogen de producten niet als biologisch worden verkocht en zijn de kosten voor de boer.
Landen als Bulgarije en Roemenië vinden dat er helemaal geen residu in bio-producten mag zitten. Andere landen als Duitsland, Groot-Brittannië en Nederland vinden dat de aanwezigheid van residu niet direct hoeft te leiden tot decertificering van de biologische producten. Maar, zo stellen deze lidstaten, als ‘vervuiling’ opzettelijk is veroorzaakt door de ondernemer of als de ondernemer geen redelijke preventieve maatregelen heeft genomen, kan dat leiden tot decertificering.
Kees van Zelderen, voorzitter van de commissie biologische landbouw van de Europese boerenorganisatie Copa-Cogeca, vindt dat er enige tolerantie moet zijn als het gaat om aanwezigheid van niet-toegelaten stoffen. ‘In 95 procent van de gevallen komt de vervuiling van buiten. Dan kan het niet zo zijn dat die producten als niet-biologisch worden bestempeld en de boer voor de kosten moet opdraaien.’

Controle

Ander heikel punt is de controle. Veel lidstaten zijn voorstander van het invoeren van op risico gebaseerde controles. De jaarlijkse controles zouden daardoor geschrapt kunnen worden. Van Zelderen vindt dat de jaarlijkse controles op bio-bedrijven moet blijven. ‘Daardoor blijft de relatie tussen ondernemer en certificerende organisatie scherp.’
Dan is er nog discussie over de import van bio-producten uit landen buiten Europa. Moet die aan de Europese normen voldoen of niet? Ook hierover zijn de meningen nog sterk verdeeld. Op 16 juni spreken de landbouwministers verder.