Patrijzen terug in de rand

De patrijs heeft het moeilijk. Twee WBE’s op de grens van Twente en Salland proberen samen met het IVN om de karakteristieke vogel weer in groten getale terug te krijgen. Natuurvriendelijk randenbeheer rond de akkers moet daarvoor zorgen. Het geld moet komen van sponsoren en fondsen: “Deze akkerrand is aangeboden door…”.

Gemiste kans

Aanleiding voor het project is de onrustbarende daling van de patrijzenstand in dit gebied met 95 procent sinds de jaren zeventig. De WBE’s West Twente en de WBE Heeten e.o. doen mee, vertelt Rudi Maatman biotoopcoördinator namens WBE Heeten e.o. West Twente is van de twee WBE’s de trekker.
Hij en projectcoördinator Evert Dijk, oud-medewerker van SBNL, zijn blij met de samenwerking met de IVN-vrijwilligers. Wat minder zijn ze te spreken over de medewerking van de jagers. Niet meer dan elf van de 82 combinaties van de beide WBE’s doen mee. Een gemiste kans om oog te hebben voor natuur in brede zin, vinden zij. Rudi Maatman roemt daarentegen de goede samenwerking met het Waterschap.
Hij ziet juist voor dit project heil in recent aangelegde waterretentiegebieden.

Populatietellingen

Tellingen moeten de kernleefgebieden van de patrijzen in beeld brengen. Daar gaat specifieke biotoopverbetering plaats vinden. Uiteindelijk is het doel een groene dooradering te verkrijgen, waarvan behalve de patrijs en de fazant bijvoorbeeld ook de kwartel, geelgors, geelgors, grauwe gors, gele en witte kwikstaart, veldleeuwerik, kneu, kerkuil en torenvalk profiteren, maar ook vlinders, bijen en zweefvliegen. Het project Groene Aders van SBNL werkte ruim tien jaar geleden met succes op dezelfde manier.
Het inventarisatieonderzoek loopt volgens de protocollen van Vogelbescherming en SOVON. Er is begin maart 2014 geteld, in de maand september volgde een tweede verplichte telling, weer op één dag en mogelijk in december en januari een niet verplichte wintertelling. Zodoende kan een goede inschatting van de overleving aan patrijzen worden gemaakt. De vogel is honkvast binnen enkele hectares.

Faunamengsels

Als het project eenmaal weet waar de patrijzen zich ophouden, (leefgebied, gewastypes, kruidenrijkdom, heg, grasland, akker enz.) spitst de biotoopverbetering zich toe op het inzaaien van akkerranden. Later komen er nog corridors, verbindingsroutes, tussen de kernen. Met faunamengsels van SBNL en haar leverancier van zadenmengsels Hofman, maar ook door zelf te experimenteren worden mengsels uitgeprobeerd.
Evert Dijk laat op een door de jachtcombinatie gepacht perceel van 0,85 ha dicht bij de Regge en vlak voor een bramenstruweel drie stroken zien, ingezaaid met verschillende faunamengsels. Afwisselend staat er in de zomer bloeiende boekweit, tussen phacelia, zonnebloem, lupine, koolzaad, bladrammenas en elders hoofdzakelijk tussen tarwe, haver en winterrogge ook korenbloem en bladkool en mergkool. Het SBNL-fauna-akkermengsel doet het uitstekend; beter dan eerder het SBNL- wintermengsel en -patrijzenmengsel. De natuur laat zich niet altijd langs strakke lijnen of een vast scenario leiden. Evert Dijk en Rudi Maatman zijn het erover eens dat een strook met enorm veel overwoekerende spurrie de stoppelknol, het raapzaad en anijs te weinig ruimte geeft. Evert Dijk, overdag terreinbeheerder bij Landschap Overijssel, brengt nog wel in dat de massaal voorkomende spurrie fazanten en patrijzen aantrekt die zich op de open plekken van de belendende strook na een lange regenperiode tegelijk mooi kunnen laten drogen, hazen trouwens ook. Kortom het is nog experimenteren met bruikbare mengsels voor variërende standplaatscondities.

Vergroening

De bedoeling is dat er straks tegenover de zee van kleurrijke fauna-akkermengsels borden komen te staan met teksten als “aangeboden door …. of gesponsord door…”. Want met de basistelresultaten van 2014 in de hand gaan de WBE-besturen zich inzetten voor fondswerving en sponsoring.
Ook de aanstaande vergroening helpt een handje. Vanaf 2015 zijn akkerbouwers die een vergroeningspremie van 130 euro per ha willen verplicht om vijf procent van hun landbouwgrond voor biodiversiteit te bestemmen. Natuurrijke akkerranden tellen mee. Belangrijk voor akkerbouwers is hoeveel subsidie ze krijgen als ze die randen inzaaien met mengsels speciaal voor patrijzen en ze vervolgens onderhouden. Evert Dijk weet nog dat toentertijd bij de SBNL-campagne ‘Groene Aders’ een subsidie door de WBE van 25 tot 30 eurocent per m2 per jaar voldoende was. Nu denkt hij aan 30 tot 40 cent per m2 per jaar gedurende een aaneengesloten periode van vijf jaar nodig te hebben.
Alle zeilen worden bijgezet. Het zilveren jubileumfeest van zijn WBE West Twente begin dit jaar leverde al een startkapitaaltje op voor het patrijzenproject. Op het Groenfonds, mogelijk ook het Oranje Fonds en op banken zal een beroep worden gedaan.
Hoe het financiële draagvlak zich gaat ontwikkelen en welke keuze van fauna-akkermengsels en onderhoud van de akkerranden uiteindelijk gemaakt worden, zijn de vragen die het project op betrekkelijk korte termijn moet beantwoorden. En tenslotte hoe gaat de patrijzenstand reageren? ‘De eerste winst is er in ieder geval al’, lacht Rudi Maatman, ‘Het lijkt erop dat de achteruitgang van het aantal patrijzen binnen de WBE Heeten gestopt is.’

Tekst: Kees de Kroon Foto’s: Harry van Emden (patrijs) en Kees de Kroon

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    11° / 1°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
  • Dinsdag
    10° / -1°
    20 %
Meer weer