Groenvoederdrogerijen produceren nog iets minder dan vorig jaar

Als gevolg van het droge voorjaar komt de luzerneoogst op 12 mei op gang, een week eerder dan gemiddeld. De eerste snede is goed, de tweede inmiddels ook weet Eiko Jan Duursema van de groenvoederdrogerij Oldambt en voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Groenvoederdrogerijen. Driekwart van de te drogen producten is luzerne, een kwart gras.

Dit is met name te zien in de plus van de drogerij van Kortgene, de luzernedrogerij van Abbekerk produceerde beduidend minder. Die laatste heeft dit jaar een beduidend kleiner areaal, er zijn geen nieuwe percelen ingezaaid.

Abbekerk stopt dit jaar grotendeels met het drogen van gras. De nog lopende contracten met luzernetelers worden nagekomen, eind dit jaar zet de droger de trommels definitief stil.

De omstandigheden voor de grasgroei waren dit voorjaar ook gunstig. Datzelfde geldt voor de voederwinning, Veel ondernemers kiezen ervoor om het gras zelf binnen te halen en dit niet te laten drogen. In Noord-Nederland heeft het regelmatig geregend, in Midden en Zuid-Nederland kampt de grasgroei met droogte.

Doordat de voederwinning van gras goed verloopt, verwacht Duursema dat wellicht aan het eind van het seizoen meer gras wordt gedroogd. Melkveehouders hebben voldoende voordroog, terwijl ze hun latere sneden tot waarde willen brengen.

Daarnaast wordt er zeker niet minder biologisch gras gedroogd, ziet Duursema. In totaal denkt hij dat de complete groenvoederproductie in 2205 met tussen de 65 en 70 miljoen kilo op hetzelfde niveau zal liggen als vorig jaar.