Jaarrond vermaak tussen bloeiende planten: 'Iedere klus is leuke activiteit'

Het agrarische gebied in het Noord-Hollandse Warmenhuizen staat vol met bedrijfsnamen als vof. J. Dekker of J. Dekker. Dus waar komt de naam De Marlequi dan vandaan? 'Iedereen heet al Dekker in Warmenhuizen. Wij zochten een onderscheidende naam', vertelt teler Koos Dekker. 'Marlequi is een oude veldnaam en fonetisch hetzelfde als Mar-leekie. Leek betekent watergang in het West-Fries. De Marlequi was een akkertje in de oude vaarpolder tegen de West-Friese dijk, dat is waar wij zitten.'

Dekker heeft na de Hogere Tuinbouw School in Utrecht ervaring in de teelt opgedaan bij chrysantenkwekerij Bovebo in Hensbroek. In 1997 is hij op deze locatie voor zichzelf begonnen in de sluitkool met een schuur, 2.000 vierkante meterf oliekas en een huis. Destijds kreeg hij geen glastuinbouwvestiging, maar mocht hij wel een kas van maximaal 2.500 vierkante meter bouwen als ondersteunend glas. Familie Dekker koos voor een foliekas.

De bedrijven met kool werden snel groter. 'Wij wilden niet meedoen in de slag om de schaalvergroting, daarom kozen wij voor de sierteelt. We zijn begonnen met de buitenteelt van zonnebloemen. In de foliekas teelden we destijds sierkool', licht Dekker toe. In 2005 stopte het bedrijf met de teelt van sluitkool. Door de komst van zes losse vakantiehuisjes van Rest-Inn op 2.000 vierkante meter verschoof het inkomen richting de recreatie.

'We zitten 4 kilometer van de Schoorlse duinen en 8 kilometer van het strand. De huisjes zitten jaarrond meer dan 50 procent vol. In 2019 hebben we ze overgenomen', vertelt Dekker. Naast de komst van de recreanten op het erf, verschoof de afzet van de teelt naar alleen huisverkoop en organiseerde Margit Dekker de eerste workshops met de producten. Hieruit ontstond de vraag naar nieuwe activiteiten.

Het maken van 'hanging baskets' is een groeiend succes. 'In de tweede helft van maart komen al zeshonderd mensen baskets maken. Daarbij kunnen ze kiezen uit een veelvoud aan bloeiende planten', vertelt Margit Dekker enthousiast. De meeste bloeien dan nog niet, maar Dekker zet er foto's bij. In mei kunnen makers hun product ophalen. 'Daardoor krijg je die klanten al twee keer in de winkel. Natuurlijk maken we daar gebruik van door mooie aanbiedingen te presenteren.'

Deze workshop is de aftrap van de verkoop van zomerbloeiers. Tot half april zijn alleen de violen los te koop, vanaf 1 mei gaat de kas open voor alle zomerbloeiers. 'Ik wil dat er een bloem in zit, voordat ze in de verkoop gaan. Het kan voor 1 mei nog te koud zijn', legt Margit Dekker uit. De zaterdag voor Moederdag is de zogenoemde Plantjesdag, met een feestelijke aankleding en gratis drankjes.

De Noord-Hollandse teler teelt de zomerbloeiers zelf op uit stek. Het stek komt van verschillende leveranciers. Hij noemt speciaal zijn favoriet; de Bella Fuchsia van Hendriks Young Plants uit 's Gravenzande. De geraniums komen ook uit 's Gravenzande, van Perry van der Haak. De rest komt van Syngenta.

Dekker maakt voor de workshops en activiteiten goed gebruik van zijn eigen producten. Op het land teelt hij pompoenen en kalebassen. Die zijn op het bedrijf te koop vanaf 1 september. 'Wij organiseren ook workshops waarbij bezoekers zelf pompoenen kunnen uithollen. Hier komen vooral groepen kinderen op af', vertelt hij. Er is ook een druivenpluktuin in het najaar. En zo ziet de familie Dekker in iedere klus een leuke activiteit.

Verder is een deel van de kas ingericht voor spellen als Wie is de Marlequi-mol, een escaperoom en Expeditie Marlequi. Oud-medewerker Fleur de Nijs heeft veel spellen bedacht. Koos Dekker: 'We krijgen volwassenen en kinderen over de vloer. Van families en schoolklassen tot de personeelsvereniging van politie Noord-Holland. Veel groepsactiviteiten kun je op alle niveaus doen.'

Milieuvriendelijke teelt

De teelt is grotendeels milieuvriendelijk. 'We zijn geen biologisch bedrijf, maar gebruiken wel amper chemische gewasbescherming. Het voordeel is dat we korte teelten hebben, waardoor de ziektedruk beperkt is', geeft Koos Dekker aan. De pompoenen en kalebassen staan ieder jaar op vers land, dat de teler ruilt met omliggende tuinbouwbedrijven.

Een plantenkwekerij, buitenteelt en doorlopende groepsactiviteiten, het lijkt te veel werk voor twee personen. 'Het zijn wel tropenjaren geweest toen onze kinderen jonger waren. Maar die zijn nu 19, 21, 23 en 29 jaar en helpen allemaal mee. In de weekenden werken we met twaalf scholieren, want het vullen van de potjes en het oppotten is nog handwerk. Het gaat allemaal prima zo', besluit de teler.