Innovator Ruyssenaars: 'Zet faalkosten om in faalopbrengsten'

Mislukken hoort bij innoveren, stelt innovatiespecialist Bas Ruyssenaars. Maar het is volgens hem wel belangrijk dat ondernemers leren van hun soms briljante mislukkingen. 'Zet je faalkosten om in faalopbrengsten', luidt zijn advies.

Innovator+Ruyssenaars%3A+%27Zet+faalkosten+om+in+faalopbrengsten%27
© Marnix Klooster

Innoveren is het omzetten van goede ideeën in waardecreatie. Veel agrarisch ondernemers bevinden zich nu in een proces van verandering in hun bedrijfsvoering om verder te verduurzamen. Zij willen of moeten innoveren om ook in de toekomst goede verdienmodellen te realiseren.

Agrifirm organiseerde op vrijdag 29 november Expeditie Agrifirm als verkenningsbijeenkomst om leden handvatten te geven voor aanpassingen die wellicht op hun bedrijf nodig zijn. Plaats van handeling was het Gevangenismuseum in het Drentse Veenhuizen. Het thema innovatie werd vormgegeven met een presentatie van Bas Ruyssenaars en aansluitend enkele workshops over sectorspecifieke onderwerpen.

Ruyssenaars is medeoprichter van het Instituut voor Briljante Mislukkingen en van een strategisch bureau dat methoden ontwikkelt om te komen tot effectieve keuzes en gedragsverandering. Aan de Agrifirm-leden vertelde hij dat innovatie vaak een chaotisch proces is met soms mislukkingen of verrassende uitkomsten en altijd met een bepaald leereffect.

Ondernemers kunnen verslaafd raken aan hun eigen ideeën

Bas Ruyssenaars, innovatiespecialist

Faalpatronen

'Innovaties kosten geld en als een innovatie mislukt zorgt het leer-effect ervoor dat een deel van de faalkosten wordt omgezet in faalopbrengsten. Maar een belangrijke boodschap is ook dat je mag falen', geeft Ruyssenaars aan. Om uit te leggen hoe ondernemers kunnen leren van eventueel mislukte innovaties behandelt hij een aantal faalpatronen uit zijn eigen database met briljante mislukkingen.

Het eerste voorbeeld is de uitvinding van de gloeilamp. Volgens Ruyssenaars is die uitvinding honderd keer mislukt, maar resulteerde het uiteindelijk toch in het gewenste resultaat. 'Ofwel doorzetten loont. Zorg dus altijd voor genoeg ruimte om te blijven experimenteren.'

De post-it is juist een voorbeeld van een gelukkige bijvangst na een mislukte innovatie. De bedoeling was volgens de specialist om een supersterke lijm te ontwikkelen, maar juist de slechte lijm bleek de basis voor een product dat nu een miljardenomzet oplevert.

Aan de hand van andere voorbeelden waarschuwt Ruyssenaars voor ingesleten gewoonten, opgeloste problemen die weer andere problemen veroorzaken en de invloed van commerciële belangen. 'Ondernemers die op enige manier innoveren moeten altijd contact houden met zoveel mogelijk relevante partijen. Zorg ervoor dat er ruimte is voor de andere hersenhelft. Als innovator zie je soms dingen over het hoofd, probeer dat te vermijden.'


'Frame rondom conventionele teelt groenten en fruit is onterecht'

Als adviseur bij Fruitconsult begeleidt Jan Peeters gangbare én biologische fruittelers. In zijn workshop vertelt hij dat hij zich stoort aan de wijze waarop residuen van gewasbeschermingsmiddelen in groente en fruit in de media als risicovol worden geframed. 'Hier is geen wetenschappelijke basis voor.' Peeters wijst erop dat de residunorm een veiligheidsmarge heeft van een factor 100 en dat residuen in groente en fruit ver daaronder zitten. 'Bezorgdheid over residuen mag geen reden zijn om minder groente en fruit te eten.' De adviseur laat cijfers zien van onderzoek waaruit blijkt dat ook Nederland met gezonde voeding miljarden kan besparen op de zorgkosten. 'Nederlanders eten te weinig groenten en fruit. De overheid kan consumptie stimuleren door de btw alsnog af te schaffen. Ook moet de negatieve media-aandacht over conventioneel geteeld voedsel stoppen.'

Rondom risico's stelt Ruyssenaars dat degene die wil innoveren faalpatronen moet leren herkennen en dat moet meenemen in het besluit om door te gaan met een experiment of niet. Daarbij wijst hij erop dat te veel risico's nemen niet goed is, maar te weinig ook niet.

'Het gevaar bestaat dat ondernemers verslaafd raken aan hun eigen ideeën, wij noemen dat junkgedrag. Stoppen is dan moeilijk. Het is goed om in het innovatieproces vooraf duidelijke stopcriteria in te bouwen. De kunst is om op tijd te stoppen of toch het besluit nemen om door te gaan', stelt de innovatiespecialist.

Het innovatieproces dat Ruyssenaars beschrijft heeft betrekking op ondernemingen en bedrijven, maar is volgens hem net zo goed van toepassing op een coöperatie als Agrifirm of op een hele sector.

'Er zijn genoeg ondernemers met goede ideeën, maar zonder geld, tijd of mankracht. Dat zijn de generaals zonder leger. Het is goed dat zij ondersteund worden in innovatieprojecten, zoals Agrifirm dat doet om de verduurzaming van de landbouw te stimuleren', licht hij toe.


Paulownia-bomen

In het kader van veranderingen in de bedrijfsvoering behandelde Peter van Hulten van Van der Avoird Trayplant in het Brabantse Bavel de mogelijkheden van de aanplant van Paulownia-bomen. Hij gaf zijn presentatie de inspirerende titel: 'Verdien 5.000 euro meer per hectare met innovatie'.

Paulownia-bomen komen van oorsprong uit Oost-Azië. Deze hardgroeiende bomen hebben slechts zeven tot tien jaar nodig voor een volwaardige houtproductie. Volgens Van Hulten is het hout in trek bij de bouwsector vanwege het hoge vlampunt. 'Naast houtproductie zijn de bomen geschikt voor productie van palen of houtvezel. De duur van de teelt is dan enkele jaren korter.'

Met 660 tot 825 bomen per hectare, een boomprijs van 6 tot 10 euro en een opbrengstprijs van 120 euro per kuub voor het hout, komt Van Hulten op een interessant verdienmodel voor akkerbouwers en veehouders die bomen willen planten. Uitgaande van 0,8 tot 1 kuub hout per boom na maximaal tien jaar, berekent hij een saldo van zo'n 5.500 euro per hectare.

'Dan houden we nog geen rekening met stijgende houtprijzen en beschouwen we een eventuele vergoeding voor vastleggen van CO2 als kers op de taart', zegt Van Hulten.


'Duidelijk maken in de Haagse lobby wat wel kan'

Aansluitend op het thema van Expeditie Agrifirm gaf directeur Public Affairs Ruud Tijssens een toelichting op de inzet in de Haagse lobby. De kernboodschap is volgens hem dat er effectieve oplossingen zijn, maar dat die soms wat tijd vergen. 'Met doelsturing vragen wij de overheid om doelen te stellen en zelf van het erf af te gaan. Geef ondernemers de tijd en de ruimte om aan die doelen te voldoen.' Tijssens spreekt over een complex politiek landschap, ondanks het meest boervriendelijke kabinet sinds jaren. 'Niet alle problemen zijn zomaar opgelost. Dat zien we aan de tsunami aan handhavingsverzoeken en kantonrechters die druk zijn met rechtszaken over gewasbeschermingsmiddelen.' Agrifirm blijft inzetten op innovaties. Volgens Tijssens lukt het technisch inmiddels om 80 tot 90 procent van de stikstofproblemen op te lossen. Hetzelfde geldt voor mogelijkheden om de milieu-impact van gewasbescherming te halveren. 'Onderzoek wijst uit dat het kan. Maar het is moeilijk dat in de politiek onder de aandacht te brengen, daar blijft men hangen in oneindige glyfosaatdiscussies.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Donderdag
    6° / 2°
    20 %
  • Vrijdag
    8° / 3°
    85 %
  • Zaterdag
    7° / 5°
    80 %
Meer weer