Ruimere rotatie in bouwplan houdt bodem vitaler en drukt AM de kop in
Bé en Harm Jan Panman in het Drentse 2e Exloërmond hanteren voor zetmeelaardappelen al enkele jaren een rotatie van 1 op 3, terwijl 1 op 2 in de Veenkoloniën gebruikelijker is. Volgens de ondernemers blijft bij een 1 op 3-rotatie de bodem vitaler en drukt het aardappelmoeheid de kop in.
Dat het huidige groeiseizoen met veel nattigheid de nodige uitdagingen kent, staat als een paal boven water. Het werd wederom duidelijk toen Nieuwe Oogst onlangs het bedrijf van akkerbouwers Harm Jan en Bé Panman in 2e Exloërmond bezocht. Bé Panman was druk in de weer met de hogedrukreiniger om de trekker met veldspuit schoon te maken. Door de zware veldomstandigheden zat de combinatie behoorlijk onder de modder.
'De gewasbescherming gaat dit jaar met horten en stoten. Vorige week moesten we zelfs de loonwerker bellen om onze trekker uit het spuitspoor te trekken. Maar ja, we moeten zeker dit jaar vasthouden aan een strak spuitschema om het gewas goed te beschermen. Anders was het flink uit de hand gelopen met phytophthora in de aardappelen', zegt de Drentse akkerbouwer.
Van de laatste zeven groeiseizoenen waren er zes extreem. Daartoe behoort ook het huidige seizoen. Panman heeft liever een kneiterdroog jaar dan een kletsnat jaar. 'Droogte kun je deels ondervangen door te beregenen. Wij doen dat op 81 hectare met een lineaire pivot, die 160 meter breed is en rijdt op percelen van 1.700 meter lengte. Dat is effectiever dan in een nat jaar greppels frezen, sleuven graven en overtollig water van het land af pompen. Onze natste percelen zijn gedraineerd, maar dat lost niet alles op.'
Vanwege de stuifgevoeligheid is de grondbewerking hier best wel een uitdaging
De kans op meer jaren met weersextremen neemt alleen maar toe. Akkerbouwers zullen zich hiertegen moeten wapenen om een goede oogst in de benen te houden. 'Vooral op extreme nattigheid kun je nauwelijks inspelen', stelt de ondernemer, die samen met zijn vader Harm Jan het bedrijf in de Veenkoloniën runt. Wel is het volgens Bé Panman van belang te zorgen voor in ieder geval een weerbare basis voor de teelt. En dat is een gezonde bodem.
Akkerbouwers in de Veenkoloniën hebben doorgaans een intensief bouwplan, waarbij een 1 op 2-rotatie voor zetmeelaardappelen niet ongebruikelijk is. De familie Panman koos er een paar jaar geleden al voor de rotatie van dit gewas te verruimen naar 1 op 3. Dit met het oog op het in stand houden van de bodemgezondheid en problemen met aardappelmoeheid (AM) te beperken.
Aardappelknollen veel gaver
'Onze eerste ervaring is dat het gewas er mooier bij staat en de aardappelknollen veel gaver zijn', zegt Panman. 'De kilo-opbrengst is tot dusver niet veel veranderd. We hopen dat de oogst door de ruimere rotatie wel groter wordt, omdat we de financiële opbrengst graag op peil willen houden. Maar op termijn is een ruimere vruchtwisseling altijd beter, zeker gezien de situatie wat betreft AM.' Voorheen was ook Vydate een sterk middel tegen de bodemziekte, maar dit granulaat mogen akkerbouwers niet meer toepassen.
Het Drentse bedrijf heeft dit voorjaar een perceel van 1,5 hectare beschikbaar gesteld voor HLB. Het onderzoeksbedrijf experimenteert op dit stuk met het 'Veenkoloniale bouwplan van de toekomst'. Concreet betekent dit dat HLB de komende tien jaar test met verschillende bouwplannen.
Door intensieve monitoring van de opbrengst, diverse bodemparameters en input worden de voor- en nadelen van diverse bouwplannen in kaart gebracht. Dit gebeurt zowel op het financiële vlak als wat betreft bodemkwaliteit, waterkwaliteit en bovengrondse biodiversiteit.
De proef bestaat uit 56 veldjes van 9 bij 9 meter. Een deel van de gewassen wordt in een rotatie van 2 op 5 verbouwd, een ander deel volgens een 1 op 3-rotatie en ook een deel nog 1 op 2. Tussen de veldjes liggen grasbanen, handig voor draaien en keren en de gewasverzorging. Zo kan Panman het proefveld makkelijk meepakken in zijn reguliere spuitrondes. Het bedrijf doet ook de rest van het veldwerk op het onderzoeksplatform, waar aardappelen, suikerbieten, zaaiuien en zomergerst staan. HLB coördineert.
Het is de proef van HLB, maar Panman hoopt zelf er ook lering uit te trekken, ook als het gaat om de beheersing van AM. 'We hanteren nu een rotatie van 1 op 3, maar is dat houdbaar met onze rassen en de beheersing van AM? Daarnaast heb ik zelf bijna vijftien jaar op proefboerderij Valthermond gewerkt, dus ik weet ook hoe het werkt wat betreft aanleg en onderhoud van een proefveld. Daarbij steek je er altijd wat van op', vindt hij.
'Toen ik in Valthermond werkte, besprak ik thuis aan de keukentafel ook vaak dingen die ik daar opstak. Zo zijn we een tijdje terug begonnen met tagetes inpassen in het bouwplan, omdat ik op de proefboerderij zag wat voor opbrengst dat kan genereren', verklaart de ondernemer.
Maar Panman zaait de groenbemester vooral omdat het van grote invloed is op de reductie van de populatie Pratylenchus penetrans (pp), ofwel wortellesieaaltjes. Na AM is dat volgens hem het grootste 'bodemissue' op het bedrijf en in de omgeving. 'Tagetes zaaien we soms na wintertarwe of zomergerst, maar we hebben het ook een keer als hoofdteelt verbouwd. Ik stond – los van de aaltjesreductie – versteld van het effect.'
Veel organisch materiaal
Volgens de teler groeide het gewas tot wel 1,5 meter hoog, wat zorgde voor veel organisch materiaal. De bodemstructuur knapte ervan op en de grond hield in het droge groeiseizoen erna beter vocht vast. 'Ook gaven de aardappelen en uien meer kilo's en was de kwaliteit beter.'
Tagetes mag dan een goed middel zijn tegen pp, maar een teler die kampt met trichodoriden en paratrichodoriden, beide vrijlevende aaltjes, moet voorzichtig zijn met dit gewas. Tagetes vermeerdert juist vrijlevende aaltjes, wat vooral tot grote schade kan leiden in bieten.
Bladrammenas
Hoe gaan de ondernemers daar dan mee om? Panman: 'Van Japanse haver als groenbemester stappen we langzaam af. In plaats daarvan gaan we vaker bladrammenas inzaaien. Dit gewas reduceert de populatie van diverse aaltjes. Maar we moeten goed een vinger aan de pols blijven houden.'
Zetmeelaardappelen en zaaiuien zijn de 'cashcrops' voor de Drentse akkerbouwers. Ze hebben op dalgrond in totaal 135 hectare land in gebruik, waarvan 43 hectare is bestemd voor de zetmeelaardappelteelt. Daarnaast verbouwen ze 12 hectare gele zaaiuien, 30 hectare suikerbieten en 44 hectare granen. Van het granenareaal is een deel zomergerst en een deel wintertarwe.
Graansoorten afwisselen
'De laatste jaren kiezen we vaker voor wintertarwe in plaats van zomergerst. Enerzijds komt dat wat betreft werkspreiding beter uit. Anderzijds scheelt dat in het voorjaar in de arbeidsfilm, omdat we wintertarwe in de herfst zaaien', ervaart Panman. 'Daarnaast is afwisseling in graansoort altijd goed. In het voorjaar zaaien we in de aardappel- en bietenpercelen gerst bij om stuiven tegen te gaan, dus gerst zit dan altijd al in het bouwplan.'
Door de lossere bodemstructuur op de Drentse dalgrond en het hoge organischestofgehalte van tussen 8 en 25 procent gaat het zand sneller stuiven. Ook is er sprake van een hogere onkruiddruk. 'Maar onze bodem is wel weerbaar, wat ook belangrijk is om problemen met AM te onderdrukken', stelt Panman vast.
Doel van de ondernemer is om de bodem weerbaar te houden en het liefst nog weerbaarder te maken. Daarom verruimde het bedrijf een paar jaar terug het bouwplan en probeert Panman waar het kan groenbemesters te telen en gewasresten te laten liggen. Bij een weerbare bodem hoort ook niet-kerende grondbewerking, een systeem dat het bedrijf al jaren toepast.
'We hebben wel een ploeg, maar gebruiken die zelden. De hoofdgrondbewerking voeren we uit met een vastetandcultivator.' Speciaal daarvoor kocht Panman vorig jaar een trekker met 200 pk om ook de machine onder iets zwaardere omstandigheden de baas te kunnen.
Het zaaibed klaarleggen met een rotorkopeg hoeft niet, de verkruimelrol achter op de cultivator is voldoende. 'Vanwege de stuifgevoeligheid is de grondbewerking hier best wel een uitdaging', vindt de akkerbouwer.
Overname
Bé Panman zit sinds 2012 in de vof. De bedoeling is dat hij het bedrijf op termijn volledig gaat overnemen. Vader Harm Jan is 63 jaar oud en voelt zich goed. Hij hoopt nog een poosje mee te kunnen draaien.
'Wat moet hij anders doen?' grapt Bé Panman, die het ook wel makkelijk vindt dat zijn vader nog volop meedraait. 'Het is altijd fijn om met iemand anders te sparren over bepaalde kwesties.'
Bedrijfsgegevens
Naam: Bé Panman (36) Plaats: 2e Exloërmond (DR) Bedrijf: akkerbouw Grootte: 135 hectare. Bé Panman en zijn vader Harm Jan hebben in de Veenkoloniën op dalgrond een bouwplan met zetmeelaardappelen (43 hectare), suikerbieten (30 hectare), zaaiuien (12 hectare) en 44 hectare granen (zomergerst en wintertarwe). Daarnaast beheren de telers 6 hectare aan akkerranden. Elk perceel is omringd met een bloemrijk mengsel.Bekijk meer over:
Lees ook
Marktprijzen
Meer marktprijzen
Laatste nieuws
Nieuwste video's
Kennispartners
Meest gelezen
Nieuw op MechanisatieMarkt.nl
-
Walker MT25I-32
2018, P.O.A.
-
Case IH CS 105 PRO
2011, P.O.A.
-
Pottinger Europrofi I
Gebruikt, P.O.A.
-
Frontgewicht, staal - beton gewicht , 600, 800 ,1100 kilogram
Gebruikt, € 750
Vacatures
Bestuurslid met voorzitterskwaliteiten
Coöperatie Natuurrijk Limburg - NL
Projectmedewerker waterkwaliteit, NIL, klimaat, bodem en agrarisch natuurbeheer
Agrarische Natuurvereniging Oost-Groningen - Vlagtwedde, Westerwolde
Directeur
KAVB - Hillegom
Accountmanager Binnendienst
AgriPers - Wageningen
Docent-Onderzoeker Innovatieve Plantenteelt
Hogeschool Van Hall Larenstein - Leeuwarden
Weer
-
Vrijdag13° / 6°20 %
-
Zaterdag14° / 4°20 %
-
Zondag12° / 8°20 %