Beste aanpak coccidiose pluimvee werkt via meerdere wegen

Coccidiose geeft iedere ronde opnieuw kans op darmschade bij pluimvee. Met alleen de coccidiostatica lukt het niet om de darmparasiet Eimeria in toom te houden. Vaccinatie en gerichte ondersteuning via de voeding zijn nodig.

Beste+aanpak+coccidiose+pluimvee+werkt+via+meerdere+wegen
© Marcel Berendsen

De brede aanpak stond centraal tijdens de door Hipra en Trouw Nutrition gehouden Coccidiose Prevention Day op 15 september en bij het 13 oktober door Schothorst Feed Research aangeboden seminar 'Using coccidiostats or alternative strategies: challenging choices'. Ook de aan de ziekte gerelateerde darmontstekingen kwamen aan daar aan bod.


Coccidiose bestaat al lang

De eencellige parasieten eimeria die coccidiose veroorzaken, zijn waarschijnlijk al net zo lang aanwezig als er pluimvee is. De parasiet is vrijwel niet uit te roeien, omdat deze ingekapselde eitjes produceert: oöcysten.

Daarvan zijn enorme aantallen aanwezig die zeer resistent zijn tegen schoonmaak- en ontsmettingsmiddelen. Het is vrijwel onmogelijk om ze uit een stal of de omgeving weg te krijgen. Tot begin vorige eeuw gaven eimeria's weinig schade.

Dieren hebben meer nodig dan energie, eiwit, mineralen en vitaminen

Maria Groot, dierenarts en onderzoeker van Wageningen Food Safety & Research

Pluimvee wordt sinds 1918 echter commercieel gehouden met zo'n 250 dieren op 1 hectare weide met nachthokken. Het land raakte steeds meer besmet met de eieren van de coccidiose-parasiet en dat kon grote problemen geven. Sindsdien is coccidiose niet meer weggeweest bij pluimvee.


Zeven ziektebeelden van coccidiose

Zeven ziektebeelden telt coccidiose, want er zijn zeven verschillende eimeria's bekend bij pluimvee, meldt pluimveedierenarts Christiaan ter Veen van Royal GD. Bij reguliere vleeskuikens spelen met name Eimeria (afgekort als E.) acervulina, E. maxima en E. tenella.

E. acervulina veroorzaakt enige groeivertraging, maar leidt niet vaak tot zieke koppels. Soms wel tot dunne mest en bolzitten. E.maxima komt voor vanaf week drie tot vijf. Doorgaans is er geen sprake van een klinische ziekte, maar van groeiachterstand en verminderde vertering.


Staart helemaal naar beneden duidelijk teken van coccidiose
Staart helemaal naar beneden duidelijk teken van coccidiose © Marcel Berendsen

In ernstige gevallen kan E. maxima darmbloedingen veroorzaken, waardoor de dieren sterk vermageren, bleek worden, hun veren opzetten en heel soms sterven. Vanaf de vierde week kan al het pluimvee last krijgen van E. tenella. Dat type komt vaker voor bij traaggroeiende kuikens, maar ook bij reguliere. Dat kan leiden tot een bloederige ontsteking van de blindedarm met verschijnselen vergelijkbaar met een ernstige E. maxima infectie.

E. brunetti komt doorgaans niet voor bij reguliere vleeskuikens, maar wel bij opfokpluimvee vanaf zes weken en incidenteel bij traaggroeiende kuikens. Meestal is het ziektebeeld mild en hebben de dieren diarree. Ook E. necatrix komt soms voor bij traaggroeiende of biologische kuikens en vaker bij opfokpluimvee van negen tot veertien weken oud. Dieren vermageren sterk en hebben waterige, bloederige en soms slijmerige mest. De uitval kan oplopen tot 25 procent.

Hoewel coccidiose vooral een ziekte is bij jonge kippen, kan het ook bij aankomst op het legbedrijf optreden. De typen E. praecox en E. mitis veroorzaken groeiachterstand. E. mitis komt af en toe voor bij vleeskuikens. E. praecox is zeldzaam.


Bijkomende problemen

Naast de directe schade van coccidiose veroorzaakt de parasiet ook indirecte schade. Door darmschade kan er dysbiose of bacteriële enteritis ontstaan. De samenstelling van de microbiota in de darm wordt onstabiel, ongunstige bacteriën krijgen de overhand.

De vertering van voedingsstoffen verslechtert en daarmee de voerconversie. Diarree kan het gevolg zijn. Verder kan de altijd aanwezige bacterie Clostridium perfringens overgroeien en necrotische enteritis veroorzaken: afsterven van delen van de darm. Met meer groeiachterstand, een slechtere voerconversie en uitval als resultaat.

Volgens dierenarts Maarten De Gussem van VetWorks is het belangrijk om te weten hoeveel schade de coccidiose zelf en/of de bacteriële enteritis veroorzaakt. 'Gemiddeld gaat het bij een vleeskuiken van 2,5 kilo om 10 cent schade door coccidiose en 10 cent door bacteriële enteritis. Door meten is meer focus mogelijk. Is de verwachte schade door de bacteriële enteritis duidelijk minder dan 10 cent, richt dan de aanpak vooral op de coccidiose of andersom.'


Aanpak van coccidiose

De economische en gezondheidsschade van coccidiose maakt aanpak van de parasiet nodig. Dat gebeurt al sinds tientallen jaren met coccidiostatica. Dat zijn chemische middelen die ingrijpen op de verschillende stadia in de levenscyclus of met ionoforen.

Die veranderen de stofwisseling van de eencellige parasiet, waardoor deze stuk gaat. De laatste jaren zijn er geen nieuwe coccidiostatica ontwikkeld. Wel is duidelijk dat de eimeria-parasiet resistent wordt tegen ionoforen en chemische middelen. Daarom zal vaccinatie een belangrijkere rol gaan spelen, stelt dierenarts Joan Molist van Hipra.


Vaccinatie voor immuniteit

Coccidiose-vaccins maken gebruik van sterk verzwakte stammen van de eimeria-parasiet, die zeer gevoelig zijn voor coccidiostatica. Die verzwakte stammen vermeerderen zich in vleeskuikens of hennen die op jonge leeftijd immuniteit opbouwen. De kip heeft van de verzwakte parasieten weinig last, de resultaten zijn volgens Molist vergelijkbaar met de inzet van coccidiostatica.


Vaccinatie eendagskuikens tegen coccidiose op de broederij. Kleurstof helpt bij de controle en kuikens pikken er naar zodat ze het goed opnemen.
Vaccinatie eendagskuikens tegen coccidiose op de broederij. Kleurstof helpt bij de controle en kuikens pikken er naar zodat ze het goed opnemen. © Marcel Berendsen
f

Belangrijk is wel om een vaccin te kiezen met daarin de types die ook op het bedrijf aanwezig zijn, aldus De Gussem. 'Het is mogelijk om vaccinatie af te wisselen met coccidiostatica. Door enkele rondes achtereen te vaccineren, kregen de verzwakte vaccinstammen de overhand en werken de coccidiostatica beter dan voorheen.'

Molist geeft de voorkeur aan drie rondes achter elkaar vaccineren. Omdat er altijd nog wat virulente eimeria's overblijven, is er dan een optie om drie rondes een coccidiostaticum te gebruiken en dan weer drie rondes vaccineren. Uiteraard kunnen vleeskuikenhouders helemaal overstappen op vaccinatie.


Kan het zonder coccidiostatica en vaccins?

Coccidiose aanpakken zonder coccidiostatica of vaccinatie blijkt moeilijk, weet vleeskuikenspecialist Bert Jansen bij Trouw Nutrition. Met het toevoegen van bijvoorbeeld zuren aan het voer is er wel een positieve invloed mogelijk op de samenstelling van de darmbacteriën en darmgezondheid, maar niet op de eimeria-parasiet. De actieve stoffen uit planten, fytogenen, blijken coccidiose wel te remmen, maar geven een behoorlijke voerkostenstijging.

Dierenarts en onderzoeker op het gebied van plantaardige stoffen Maria Groot van Wageningen Food Safety & Research kent veel onderzoeken naar actieve stoffen. 'Helaas zijn die onderling doorgaans slecht vergelijkbaar en de effecten ervan niet goed gedocumenteerd. Dat ze kunnen werken, is wel zeker.'

Werking blijkt bijvoorbeeld uit een studie met saponinen. Dat zijn zeepachtige stoffen gewonnen uit de yucca plant van leverancier Yucca Plus.

'De effecten op groei, voederconversie en het aantal oöcysten bij saponinen zijn vergelijkbaar met het gebruik van coccidiostatica', licht Groot toe. 'De werking van actieve stoffen uit planten mag je niet onderschatten. Dieren hebben meer nodig dan energie, eiwit, mineralen en vitaminen. In de natuur zoeken ze die aanvulling zelf op. Wij moeten ervoor zorgen dat deze in het voer zit.'


Ondersteunende maatregelen

Zuur, middellangketige vetzuren en andere maatregelen in het voer zijn wel van belang ter ondersteuning. Zeker bij vaccinatie, liet onderzoeker Ellen van Eerden van Schothorst Feed Research zien. Bij een combinatie van ondersteunende voedingsmaatregelen pakte vaccinatie beter uit. De dieren presteerden beter, zo bleek.

In Noorwegen houden ze coccidiose goed onder controle met vaccinatie en voedingsmaatregelen, stelt onderzoeker Kari Ljøkjel. Het gebruik van coccidiostatica bij vleeskuikens ging in dat Scandinavische land sinds 2016 vrijwillig in de ban. De pluimveehouders schakelden over op vaccinatie en werken met een vrij lange leegstand van twee weken tussen de koppels.

Daarbij krijgen de kuikens vooral in de opstart ondersteuning met onder meer boterzuur, antioxidanten en probiotica in het voer. Mierenzuur volgt daarna vanaf dag 7. Met deze strategie lukte het om nog maar 0,1 procent van de koppels te behandelen.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Woensdag
    10° / 3°
    50 %
  • Donderdag
    10° / 2°
    20 %
  • Vrijdag
    11° / 4°
    70 %
Meer weer