LTO Noord tegen slot op oude Groningse schuren

Volgens LTO Noord ligt de nadruk in de plannen van de provincie voor karakteristieke gebouwen te veel op herstel en behoud. Als de POV aansluit bij de gemeentelijke bestemmingsplannen, biedt dat volgens de organisatie voldoende garantie op een afgewogen besluit over de toekomst van de agrarische gebouwen.

'De provincie moet plannen voor sloop en nieuwbouw niet te snel tegenhouden', zegt LTO Noord-regiobestuurder Alma den Hertog. 'Binnen de gemeente vindt doorgaans een goede afweging plaats tussen het cultureel-maatschappelijk belang en dat van de ondernemer. De borging van de positie en de wensen van de eigenaar van het gebouw horen naast het cultuurhistorische aspect centraal te staan.'

Maatwerkmethode

Den Hertog wijst erop dat de maatwerkmethode die veel Groningse gemeenten al toepassen, hierin goed werkt. 'Het is een middel waarbij alle aspecten op tafel komen en gemotiveerd en onderbouwd kunnen worden afgewogen.'

Als het goed past in omgeving, moet nieuwbouw mogelijk zijn, vindt de LTO Noord-bestuurder. 'Daarnaast is het nog zo dat als onrendabele gebouwen niet goed worden onderhouden, de verloedering al snel toeslaat', zegt zij.

Veldkavels

Ook vindt LTO Noord dat de provincie met een regeling voor gemeenten te verkrampt omgaat met het verplaatsen van bedrijfsgebouwen naar veldkavels of het mogen samenvoegen van huiskavels.

'De provincie lijkt te handelen op basis van angst en incidenten. Je bedrijfsgebouwen verplaatsen buiten de huiskavel gebeurt alleen in uitzonderlijke gevallen. Van verstening van het platteland is echt geen sprake', verzekert Den Hertog.

Noodzaak

LTO Noord vraagt zich af wat de noodzaak van de aanwijzing is. 'De meest uitzonderlijke situatie wordt tot regel verklaard. Het is een veel te zwaar middel om voor agrarische bouwpercelen in Groningen dit tot beleid te maken. In theorie kan het voorkomen, maar in de praktijk nagenoeg niet', schrijft LTO Noord aan Gedeputeerde Staten.

'Gemeenten kunnen het prima zelf regelen', zegt Den Hertog. Het komt zelden voor dat een ondernemer financieel in staat is een aangrenzend perceel te kopen, de bestaande stallen te slopen en vervolgens daar een nieuw gebouw op te bouwen. Je bouwt liever op je eigen bouwvlak.'