NEPG verwacht nog kleinere aardappeloogst

NEPG maakte deze week bekend dat de definitieve oogstverwachting voor aardappelen in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk enkele weken wordt uitgesteld. De reden is de late aardappeloogst in veel teeltgebieden.

Daarop vooruitlopend meldt NEPG alvast dat de septemberprognose van 24,9 miljoen ton aardappelen hoogstwaarschijnlijk naar beneden zal worden bijgesteld. De Europese telersorganisatie wijst er onder meer op dat in België nog minimaal 35 procent van de aardappelen van oogst 2016 gerooid moeten worden en dat de late oogst risico's met zich meebrengt vanwege kans op vorst, meer beschadigingen en kortere rooidagen.

In alle NEPG-landen is sprake van minder opbrengst en meer kwaliteitsproblemen. De verschillen per teeltgebied zijn groot, verklaart NEPG. In veel gevallen lopen de uitvalpercentages behoorlijk op en zijn gemiddeld in elk geval een stuk hoger dan vorig jaar. Toen kwam de uiteindelijk aardappelproductie voor de EU-5 landen nog op 25,3 miljoen ton.

Hogere kostprijs

Volgens NEPG hebben de aardappeltelers vanwege de moeizame oogst te maken met een hogere kostprijs. Onder meer het beregenen voorafgaand aan het rooien betekent voor veel bedrijven een extra kostenpost. Ook zijn er telers die waarschijnlijk niet in staat zijn om het gecontracteerde volume volledig te leveren dit jaar. Het is nog niet duidelijk hoe verwerkers hiermee zullen omgaan, aldus NEPG in een persbericht.

Het beperkte aanbod en het vooruitzicht van lage opbrengsten zorgt voor goede prijzen op de aardappelmarkt. Het is volgens NEPG verder een feit dat de verwerkers meer grondstof kunnen gebruiken vanwege de uitbreiding van hun productie. Rekening houdend met minder aanvoer zet het de verwerkers ertoe aan om goedkopere grondstof bij te kopen in zetmeelgebieden en in bijvoorbeeld Polen, constateert NEPG.