Slimme keuze voor CCM in ruwvoer

Ben Minnen (60) uit Ede heeft duizend blankvlees- en honderd rosévleeskalveren. Tot een paar jaar geleden voerde hij snijmais als ruwvoer. 'Maar we moesten steeds meer brok met stro bijvoeren en minder snijmais', vertelt hij. 'Op een gegeven moment is het beleid gewijzigd in alleen brok en stro, waarschijnlijk vanwege de angst voor te rood vlees en de discussie of de dieren nou echt wel zoveel mais hadden gehad als werd opgegeven.' De brok en stro komt namelijk op basis van weegbonnen binnen.

Voor de Edese kalverhouder kwam het niet meer kunnen voeren van de mais hard aan, omdat hij 15 hectare eigen maisteelt had. 'We hadden geen zin om de mais weg te geven aan de handel en wilden de mais liever zelf gebruiken. Daarom zijn we als proef 2,5 hectare van de eigen mais gaan dorsen tot CCM. Dit voerde ik aan zowel de rosé- als de blankvleeskalveren. Dat beviel zo goed dat ik besloot om al mijn eigen mais te dorsen.'

Proef

Tijdens het herfst- en winterseizoen dat Minnen de CCM als proef aan de kalveren voerde groeiden de dieren goed door en bleven goed in conditie. Aan de mest kon hij zien dat de vertering goed was. Hij ging het jaar erop 10 hectare dorsen. Inmiddels bestaat zo'n 20 procent van zijn ruwvoer uit CCM.

Hoeveel euro dat hem per kalf qua voerkosten scheelt in vergelijking met brok en stro voeren heeft hij nog niet uitgerekend. 'Dorsen, verwerken en opslaan van de mais in slurven kost ook geld, maar wij denken dat het uit kan.'

Inmiddels werkt Minnen met een automatische meng- en transportsysteem voor het ruwvoer. Omdat hij het systeem in het kader van het project Duurzaam Agrarisch Ondernemen kocht, kreeg hij 40 procent subsidie op de aanschaf. Het was een kleine moeite om het systeem te installeren, geeft hij aan.

Doseren

Met het systeem kan hij het ruwvoer per hok doseren. Dat moet leiden tot een betere groei van de dieren. Voor het meng- en transportsysteem heeft hij ook een voerkeuken met menger en weger. Hij kan met het systeem zelfs de verhouding tussen stro, muesli en de CCM die hij voert apart regelen.

Minnen werkt bij de kalveren met drie leeftijden. Hij heeft het automatische meng- en transportsysteem alleen bij de twee oudste groepen ingezet, omdat hij hoofdzakelijk deze twee groepen CCM voert, vanaf zes weken.

Voordeel

Het grote voordeel van het systeem is het exact kunnen afwegen van het ruwvoer. 'Ik kan nu precies iedere soort ruwvoer afwegen en dus ook exact de verhoudingen tussen de diverse soorten ruwvoer.'

Het levert niet alleen een financieel voordeel op, de nieuwe aanpak van de kalverhouder heeft nog een voordeel. 'Ik kan de kringloop op mijn eigen bedrijf, waar de overheid regelmatig op hamert, beter sluiten. Het voer komt nu voor een gedeelte van mijn eigen land, de mest gaat daar voor een deel weer naartoe.'

Nog een groot voordeel is dat ook het organischestofgehalte van de bodem stijgt doordat de gesnipperde maisplantresten achterblijven op het land. 'Door meer organische stof worden de nutriënten in de mest beter gebonden en heb ik dus minder last van uitspoeling.'