Onmin fiscale afwikkeling toeslagrecht

De bedrijfstoeslagen uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) zijn in 2015 ingewisseld voor betalingsrechten. Elke actieve boer kan er aanspraak op maken. De huidige boekhoudkundige status van de betalingsrechten is vergelijkbaar met de bedrijfstoeslagen. De betalingsrechten worden tot het ondernemersvermogen gerekend.

De Belastingdienst en de VLB hebben echter ook gekeken naar de fiscale aspecten van de handel in betalingsrechten. Die handel is er nu nog niet, maar zal er in de toekomst zeker komen.
Over de fiscale afwikkeling van de handel in betalingsrechten zijn de Belastingdienst en de VLB het niet eens. 'We hebben een verschil van inzicht', zegt Bert van den Kerkhof, voorzitter van de Vakgroep Recht van de VLB en Hoofd Vaktechniek Belastingadvies bij ABAB Belastingadviseurs en juristen.

Daarbij gaat het erom hoe de waarde van het betalingsrecht ten laste wordt gelegd van het resultaat van een agrarische onderneming. De Belastingdienst stelt dat bij aankoop van een betalingsrecht de koper de bedrijfswaarde van het aangekochte recht op balansdatum op de balans moet zetten (zie kader). Daarbij is de bedrijfswaarde de waarde die de koper voor het betalingsrecht zou betalen als hij rechten met een vergelijkbare omvang op balansdatum aan zou kopen.

Maar volgens de VLB is dat niet juist. 'De toekenning en uitkering van betalingen uit betalingsrechten staan los van de winst van het bedrijf', zegt Van den Kerkhof. 'Daarbij hebben de rechten een tijdelijk karakter, want het huidige systeem van de toeslagrechten loopt tot en met 2019. In de tussentijd neemt de waarde af. Volgens onze rekenwijze zou een saldomethode moeten worden toegepast. Daarmee verdwijnt de waarde sneller van de balans. Bij de methodiek die de Belastingdienst hanteert, gaat dat langzamer.'

Op bedrijfsniveau heeft de rekenmethodiek invloed op het resultaat. Volgens de berekening van de VLB verloopt de waardevermindering van de toeslagrechten sneller.

'Dat betekent dat als ondernemers een positief resultaat draaien, zij ook minder belasting hoeven betalen. Met de methodiek die de Belastingdienst gebruikt, verloopt de waardevermindering langzamer. Daarmee wordt de aftrek verder naar de toekomst geschoven.'

Voor de omzetbelasting zullen de betalingsrechten niet anders worden behandeld dan de bedrijfs-toeslagen. 'Dat betekent dat de inkomsten uit betalingsrechten buiten het bereik van de omzetbelasting blijven', zegt Van den Kerkhof.

Platform Landbouw

De Belastingdienst en het landbouwbedrijfsleven hebben in het Platform Landbouw afgesproken dat in de uitwerking van de administratie de werkwijze van de Belastingdienst wordt gevolgd. Deze afspraak is eerder gemaakt.
De VLB en de Belastingdienst hebben al verschillende keren over het verschil van inzicht gediscussieerd, maar komen er nog niet uit. Het meningsverschil tussen beide partijen blijft bestaan en Van den Kerkhof verwacht dat dat niet zomaar is opgelost.

'We houden de komende jaren in de gaten hoe de methodiek van de Belastingdienst in de praktijk uitpakt. Het kan natuurlijk zo zijn dat een van onze klanten het niet eens is met de rekenwijze van de Belastingdienst. Dan is het onze taak om die klant bij te staan en een eventueel proefproces voor te bereiden.'

Bij een dergelijk proefproces moet de rechter, of uiteindelijk de Hoge Raad, besluiten welke rekenmethode de juiste is. Van den Kerkhof realiseert zich dat een mogelijke uitspraak lang op zich kan laten wachten. 'Het kan zijn dat de uitspraak pas komt als het GLB, en het huidige systeem van betalingsrechten, in 2019 op het moment van de uitspraak al is afgelopen.'