Kringloopwijzer om voorsprong te houden

Henriët Dijk
Steenbergen leidde woensdag de bijeenkomst 'Wijzer met de Kringloopwijzer'. Hier gingen afdelingsbestuurders en portefeuillehouders Melkveehouderij uit de drie noordelijke provincies in debat met elkaar en de provinciale voorzitters over voor- en nadelen van een projectmatig aanpak van de Kringloopwijzer. Veertig bestuurders waren hiervoor bijeengekomen bij Van der Valk in Drachten.

Vakmanschap

Steenbergen ziet de Kringloopwijzer als een mooi instrument, ter ondersteuning van het vakmanschap. 'Als we daar onze leden in het noorden mee kunnen helpen, dan hebben we een goede reden om ermee aan de slag te gaan', zei Steenbergen.
Tijdens de bijeenkomst werd benadrukt dat de Kringloopwijzer meer is dan een managementtool. Samen met andere partijen kunnen boeren hun kennis en kunde vergroten en vernieuwen. De Kringloopwijzer kan boeren inzicht geven in de mineralenefficiëntie en -benutting op bedrijfsniveau.
De focus gaat naar een vruchtbare kringloop voor een duurzame melkveehouderij met behulp van de Kringloopwijzer. Het idee is om per afdeling regionaal aan de slag te gaan met het doorgronden van de Kringloopwijzer en de bodem. Om zo inzicht te krijgen in eigen vakmanschap en deze te optimaliseren.
'Binnen de huidige wetgeving is het heel belangrijk hoe efficiënt je het zelf kunt doen', stelde Steenbergen. Naast ondersteunen van leden in de bedrijfsvoering kan de Kringloopwijzer beleidsmatig ingezet worden.
Carel de Vries, projectleider Vruchtbare Kringloop Achterhoek en de Liemers, vertelde over de aanpak en zijn ervaringen. 'Het noorden zit nu nog onder de nitraatnorm, maar zeker voor de zandgronden is het oppassen', vertelde hij. 'Bovendien, stikstof en fosfaat is geld. Dat moet je terugzien in gras en melk. Het gaat niet alleen om verlies in kilo's, maar ook euro's.'
In de Achterhoek worden de projecten opgepakt in nauwe samenwerking met andere partijen als waterschappen, veevoederbedrijven en provincie. Daarbij benadrukte De Vries dat het belangrijk is dat leden en afdelingen de regie houden. 'Door Vruchtbare Kringloop zijn wij boeren in staat om het heft in eigen handen te houden. We leggen bewijsmateriaal vast.'

Weidegang

De ervaring van De Vries is dat de Kringloopwijzer een bron van informatie kan zijn. Zo blijkt uit cijfers van deelnemers aan de Kringloopwijzer dat de stelling dat weidegang inefficiënt is niet opgaat. Ook komt naar voren dat de meeste winst te halen valt met de bodem.
'Juist door zulke cijfers op papier te krijgen, kun je aan overheid laten zien: 'kijk eens wat er gebeurt, de bodemvruchtbaarheid loopt terug'. Je kunt aantonen wat er gebeurt.'
De Vries kreeg bijval van Alma den Hertog, voorzitter van LTO Noord Groningen. 'Volgens mij gaat dit project verder dan efficiëntie en cijfers vergelijken', stelde zij. 'Als je op afdelingsniveau gegevens hebt, kun je die ook op provinciaal niveau vergelijken. Zo kun je aantoonbaar maken dat er ontwikkelingsruimte is voor melkveehouderij in het noorden.'
De afdelingsbestuurders hadden veel vragen en opmerkingen. Zo was er de duidelijke oproep om administratieve rompslomp te voorkomen. De Vries meldde dat er – mede op aandringen van LTO – wordt gewerkt aan een landelijke database waarin alle gegevens die nodig zijn voor de Kringloopwijzer, gebundeld worden. De bescherming van de persoonlijke gegevens wordt nadrukkelijk in de gaten gehouden.
Bestuurders gaven aan dat extensieve veehouders, waarvan er veel zijn in het noorden, weinig winst kunnen halen met de Kringloopwijzer. 'Juist met een project kun je ook het verschil laten zien', reageerde De Vries.
De Kringloopwijzer gaat verder besproken worden in de provinciale overleggen. Tevens gaan het provinciaal bestuur en Projecten LTO Noord de samenwerking zoeken met andere partijen en bestaande studiegroepen. Dit alles met de insteek om deze winter de eerste activiteiten uit de startblokken te krijgen.