‘Veel onduidelijk rond fosfaat’

Pieter StokkermansVan Dongen krijgt veel telefoontjes van leden. De telefoon staat echter nog niet roodgloeiend. ‘Boeren zijn afwachtend. De vragen gaan vooral over de referentieperiode en hoe er mogelijk wordt afgeroomd. Vanuit ZLTO zijn we, net als vanuit LTO, geen voorstander van een generieke korting. Ook zien wij liever dat er bij de verhandeling van rechten een deel van die rechten wordt afgeroomd.’
De ZLTO-bestuurder gaat niet uit van veel afroming. ‘We gaan niet voor grote overschotten. Misschien gaan we wel iets over het plafond heen.’
Ieder gebied heeft zijn eigen vragen. ‘Uit Zeeland komen vragen over hoe het zit met de mestplaatsingsruimte. Uit een intensievere regio als Oost-Brabant komen vragen of de AmvB-verplichting rond de aankoop van grond bij groei in aantal koeien nog geldt, nu er fosfaatrechten gaan gelden.’
Van Dongen merkt dat de regeling voor alle boeren enigszins gelijk is. ‘Als ondernemers willen uitbreiden, hebben ze allemaal last van fosfaatrechten. Het kost iedere ondernemer geld, of hij nu intensief of extensief is. Een extensieve ondernemer heeft meer eigen grond en daarmee ook een voordeel ten opzichte van een intensief bedrijf, die extra mest moet afvoeren en voer moet aankopen.’
De ZLTO-bestuurder ziet mogelijkheden voor ieder bedrijf om met de Kringloopwijzer te kunnen groeien zonder dat fosfaatrechten moeten worden aangekocht.
‘Hier liggen absoluut mogelijkheden, al kan niet iedere ondernemer dit van de ene op de andere dag. Het is een stuk management, ondernemerschap en aandacht. Dat mag best beloond worden door af te wijken van de generieke normen.’
Over een eventuele knelgevallenregeling zegt Van Dongen: ‘Wat is een knelgeval? Iemand die net een stal heeft gebouwd of grond heeft gekocht? Of iemand die vanwege ziekte of een andere reden tijdelijk minder koeien houdt?’
Staatssecretaris Sharon Dijksma van Economische Zaken is hier nog onduidelijk over, vindt de portefeuillehouder. ‘Wanneer ze aan alle knelgevallen tegemoet wil komen, schieten we heel royaal door het fosfaatplafond, wat leidt tot extra afroming. Het is daarom goed dat we binnen LTO alle knelgevallen op een rijtje proberen te krijgen.’