LTO West achter brief provincies

Dat melden de provinciale LTO-voorzitters Arie Verhorst (Zuid-Holland), Bert van Donselaar (Utrecht) en Nico Verduin (Noord-Holland).

Ze wijzen ook op een eerdere eigen brief aan de LTO-vakgroep melkveehouderij gestuurd. Die heeft dezelfde strekking als d ebrief die de drie westelijke provincies hebben verstuurd aan staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken).

Zorgen

Utrecht, Noord- en Zuid-Holland maken zich grote zorgen dat extensieve, grondgebonden melkveebedrijven binnenkort te maken krijgen met 'onnodige belemmeringen in hun ontwikkeling' vanwege de overschrijding van het fosfaatplafond.

'Veel melkveebedrijven in het westen zijn grondgebonden, waarbij het aantal dieren in balans is met de hoeveelheid grond en mest gemakkelijk zelf kunnen plaatsen', benadrukken de provincies. 'Zulke bedrijven moeten hun groeimogelijkheden behouden en geen onredelijke belemmeringen opgelegd krijgen.'

Lasten eerlijk verdelen

De provincies vinden dat de staatssecretaris een logische conclusie trekt uit de recente ontwikkelingen in de melkveehouderij. 'Haar plannen zijn geen verrassing.'

Ze pleiten wel voor een eerlijke en duurzame regeling, waarbij melkveebedrijven die extensief en grondgebonden werken, zoals in het Groene Hart, worden ontzien. Zij moeten niet 'de nadelige gevolgen ervaren van de beperkende maatregelen'.

Waarderen

De drie provincies vinden 'het eerlijker en redelijker' als de lasten van beperkende maatregelen vooral komen te liggen bij de intensieve melkveebedrijven, waar meer koeien worden gehouden dan er grond beschikbaar is.

Utrecht, Noord- en Zuid-Holland dringen er dan ook bij de staatssecretaris op aan dat zij een systeem voor productiebeperking ontwerpt dat is gekoppeld aan grondgebondenheid, waarmee de extensieve bedrijven worden ontzien.