Voorjaarswerk staat even stil

Haijo DoddeVanaf half maart zijn al behoorlijk wat percelen uien en suikerbieten ingezaaid. Het poten van de eerste aardappelen is voorzichtig op gang gekomen. Vier teeltadviseurs van DLV Plant schetsen de stand van zaken in hun werkgebied.
Richard Korver meldt dat in Noord-Limburg en Oost-Brabant 5 procent van de aardappelen gepoot is en dat nog geen uien gezaaid zijn. ‘Er is hier eerder al vrij veel neerslag gevallen. Daarom hebben wij meer achterstand op de rest van Nederland dan normaal’, aldus Korver. Hij verwacht dat het nog wel een week duurt voordat de akkerbouwers in het zuidoosten weer het land op kunnen.
Voor Zeeland en de Zuid-Hollandse eilanden schat Luc Remijn in dat 80 procent van het uienareaal is ingezaaid. Uit cijfers van Cosun blijkt dat de inzaai van suikerbieten bijna afgerond is. Hij gaat ervan uit dat het koude en natte weer van afgelopen week voor suikerbieten niet al te veel gevolgen zal hebben.

Afname kiemenergie

Uien hebben het wel kwaad, zegt Remijn. ‘Er is sprake van een trage kieming. Verder veroorzaakt afname van de kiemenergie mogelijk tweewassigheid. Een geslaagde opkomst zal voor een groot deel afhangen van het weer van komende week.’
Laurens Persoon verwacht dat in Flevoland zeker op de zwaardere gronden ook de komende week niet veel gebeurt. Het ingezaaide areaal uien en suikerbieten in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland schat hij op 75 procent. In de Noordoostpolder is dat behoorlijk minder, omdat de grond nog onvoldoende geschikt was.
Wat betreft de gezaaide gewassen is Persoon benieuwd wat de gevolgen van de kou zijn voor het aantal schieters in suikerbieten. ‘Ook de uien liggen even in de ijskast. Dat zorgt voor een trage kieming. Maar er zijn nog geen aanwijzingen voor een onregelmatige kieming, of het moeten plekken zijn waar echt water op het land is blijven staan.’
In het Oldambt zijn vrijwel alle suikerbieten gezaaid, zegt Wyncko Tonckens. ‘In het Hoge Land is dat 30 tot 40 procent, en dat geldt ook voor de uien.’ De DLV-adviseur in Groningen schat in dat afgelopen week gemiddeld 40 tot 50 millimeter water is gevallen in zijn werkgebied.
‘Zeker op zware percelen moet het behoorlijk aandrogen, wil het land komende week geschikt zijn voor hervatting van de zaai- en pootactiviteiten. Verder is er met name op de lichtere gronden kans op korstvorming en daardoor een moeizame opkomst. Dat geldt zeker voor percelen waar in korte tijd veel water is gevallen.’