‘Het is erger dan mond- en klauwzeer’

Bouwmeester heeft kalveren voor de witvleesconsumptie. Hij is een vrije mester, dat wil zeggen dat hij, in tegenstelling tot de meeste van zijn collega’s in de witvleessector, kalveren houdt voor eigen rekening en risico.
Normaal gesproken voert Bouwmeester iedere acht weken nieuwe kalveren aan om een van de vijf stallen vol te zetten. De kalverhouder zet alleen zwartbonte stierkalveren uit Duitsland op. Op 22 en 29 januari voerde hij voor het laatst kalveren aan om een leeggekomen stal weer te vullen. Op het oog waren het mooie gezonde kalveren.

Anders dan normaal

Krap drie weken na de komst van de laatste kalveren zag Bouwmeester op 16 februari de eerste kalveren die anders waren dan normaal. ‘Ze kregen hoge koorts en waren volkomen lusteloos. Zowel melk als water dronken ze niet meer.’ In overleg met de dierenarts zette de kalverhouder een antibioticabehandeling in. Het had geen enkel effect. Al snel volgden de eerste sterfgevallen.
Op 29 februari stuurde Bouwmeester drie gestorven kalveren voor sectieonderzoek naar de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) in Deventer. ‘Zowel voor ons als voor de dierenarts was er sprake van een onherkenbaar ziektebeeld. Vooral het volledig verdwijnen van de drinklust kenden we niet.’ Bouwmeester dacht aan verontreinigd voer, maar volgens specialisten zou dat niet leiden tot de waargenomen ziekteverschijnselen.
De eerste resultaten van het GD-onderzoek die de kalverhouder op 25 februari ontving, gaven nog geen sluitende verklaring. Inmiddels liep de uitval van kalveren in rap tempo op. ‘De GD trof in de kalveren meerdere bacteriële infecties aan. Opmerkelijk was ook dat er bij de sectie veel inwendige bloedingen gezien werden. Overal in het lichaam, onder meer op de milt.’
Toch dachten de specialisten van de GD op dat moment nog niet aan het BVD-virus. ‘Dat gebeurde pas enkele dagen later toen we weer vier kalveren hadden ingezonden.’
Onderzoek wees uit dat bij alle vier kalveren sprake was van een BVD-besmetting. Inmiddels waren in de media de eerste berichten verschenen over BVD type 2 in de Duitse grensstreek bij Limburg. Dat leidde tot vermoedens bij de diergezondheidsspecialisten van de GD dat deze ziekteverwekker op het bedrijf van Bouwmeester aanwezig zou kunnen zijn. ‘De GD beschikte echter niet over onderzoeksmogelijkheden om onderscheid tussen BVD type 1 en type 2 te kunnen maken, omdat type 2 in Nederland nog nooit opgedoken was.’
Om meer duidelijkheid te krijgen, bezochten dierenartsen van de GD half maart het bedrijf van Bouwmeester en namen daar van diverse kalveren bloedmonsters. Ze stuurden die naar het Duitse Friedrich Loeffler instituut.
Woensdag volgde de officiële bevestiging van een steeds sterker geworden vermoeden: op het bedrijf van Bouwmeester waart BVD type 2 rond. ‘De onderzoekers vermelden dat het gevonden virus voor 99,5 procent overeenkomt met het BVD-virus dat op rundveebedrijven in Noordrijn-Westfalen voor problemen zorgt. Het is dus vrijwel zeker dat het virus met de Duitse kalveren op ons bedrijf terechtgekomen is.’
Inmiddels zijn er nog een kleine tien bedrijven met vleeskalveren, verspreid over Nederland, waar ernstige verdenkingen zijn van een besmetting met BVD type 2.

50 procent sterfte

In de stal met jongste kalveren op het bedrijf van Bouwmeester is inmiddels meer dan 50 procent van alle kalveren gestorven. Absolute aantallen noemt de kalverhouder liever niet.
Ondertussen is het virus ook in een tweede stal opgedoken, en zijn daar de eerste kalveren ziek geworden. ‘Bijna vier weken lang is het type 2-virus hier aanwezig geweest, zonder dat we er weet van hadden. Was dat wel het geval geweest, dan hadden we met extra hygiënemaatregelen verdere versleping binnen het bedrijf mogelijk kunnen voorkomen.’

Virusvrij

Hoe Bouwmeester zijn bedrijf weer geheel ziektevrij krijgt, is nog niet helemaal duidelijk. ‘Het lijkt erop uit te draaien dat we het bedrijf moeten leegdraaien. Drie stallen staan al leeg.’ In overleg met de dierenarts is Bouwmeester begonnen met het vaccineren van de kalveren in de tweede stal waar het virus is opgedoken. Dit gebeurt met een dode entstof tegen BVD type 1.
De kalverhouder weet dat Duitse veterinairen op besmette bedrijven vaccinaties uitvoeren met een levende entstof tegen BVD type 1. ‘Met het levende vaccin bouwen kalveren sneller weerstand op tegen BVD dan met het dode vaccin. Probleem is dat gebruik van een levend BVD-vaccin in Nederland niet toegelaten is. In overleg met de dierenarts zoeken we mogelijkheden om dat vaccin toch te mogen gebruiken.’
De kalverhouder weet nog niet precies wat hij aan moet met de stal met de jongste kalveren waar de ziekte-uitbraak begonnen is. ‘Een optie is wellicht om ze onder te brengen in een stal van een collega die ze verder wil afmesten. We kunnen dan ons bedrijf reinigen en ontsmetten en weer opstarten.’
Bouwmeester schat dat de totale financiële schade van de BVD-uitbraak voor hem zal oplopen tot een bedrag tussen de 300.000 en 500.000 euro. ‘Het is voor ons erger dan een uitbraak van MKZ. Omdat BVD geen Veewetziekte is, staat er geen enkele vergoeding tegenover.’

Geen importverbod

Bouwmeester is geen voorstander van een tijdelijk importverbod voor Duitse kalveren. ‘De kalversector kan die Duitse kalveren niet missen. We zullen wel extra preventiemaatregelen moeten nemen om gezondheidsproblemen te voorkomen.’
De kalverhouder is van plan om in de toekomst na aanvoer van nieuwe kalveren een quarantaineperiode van zes tot acht weken te hanteren. ‘Daartoe gaan we onder meer werken met een mobiele hygiënesluis die we bij de betreffende stal kunnen plaatsen. Verder gaan we over op een strikt protocol om alleen schone naalden te gebruiken bij injecties.’

Communicatie laakbaar

Het steekt Bouwmeester dat de Duitse diergezondheidsautoriteiten niet eerder aan de bel getrokken hebben. ‘Ik weet niet of je kunt spreken van verwijtbaar gedrag omdat BVD geen meldingsplichtige ziekte is. Hoe dan ook, zo ga je als handelspartners niet met elkaar om.
‘De Duitsers hebben het probleem groter gemaakt dan nodig was. We weten nu dat er al sinds januari problemen met BVD type 2 speelden op diverse Duitse rundveebedrijven. Als hierover gecommuniceerd zou zijn, hadden we maatregelen kunnen treffen.’
Bouwmeester vindt dat LTO zich moet inspannen om in samenwerking met Duitse zusterorganisaties te bereiken dat er meer transparantie komt over diergezondheidsontwikkelingen in de Duitse rundveehouderij.

Berrie Klein Swormink

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    11° / 1°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
  • Dinsdag
    10° / -1°
    20 %
Meer weer