Kritiek op plan van Wiersma om afroming te stoppen

Wiersma voerde de afroming op dierrechten in oktober 2024 in. Nu heeft ze een conservatieve inschatting gemaakt van het effect van de maatregel en die van de landelijke beëindigingsregelingen en concludeert dat de pluimvee- en varkenshouderij voldoende krimpen om onder hun sectorplafonds uit te komen. GroenLinks-PvdA, NSC en D66 denken dat de minister het afromen te vroeg stopt en vrezen voor een generieke korting in de melkveehouderij.

De invoering van de afroming is een gevolg van de aflopende derogatiebeschikking. Daarbij waren een aantal weegmomenten ingebouwd waarop de maatregel zou worden geëvalueerd. Wiersma constateert nu dat de leasemarkt voor dierrechten is stilgevallen. Door de afroming in de twee sectoren te stoppen kunnen ondernemers die afhankelijk zijn van leaserechten daar dit jaar nog van profiteren.

Nieuwe derogatie

Partijen vragen zich ook af of het voorstel van Wiersma gevolgen kan hebben bij de aanvraag van een nieuwe derogatie. Volgens Kamerlid Harm Holman (NSC) ondermijnt de stop op afroming de geloofwaardigheid richting de Europese Commissie.

'Als het plafond opnieuw worden overschreden, riskeren we het definitieve verlies van derogatie. De gevolgen daarvan zijn groot: minder plaatsingsruimte, hogere kosten en nog meer druk op de mestmarkt', zegt Holman die vreest voor een mogelijke generieke korting van 6 tot 7 procent in de melkveehouderij.

Wiersma denkt daar anders over. Zij ziet in de deelname aan de beëindigingsregelingen en het voerspoor genoeg potentie om ook de melkveehouderij onder het sectorplafond te brengen. Donderdagavond wordt gestemd over de ingediende moties, waaronder een motie om de afroming door te zetten. Gezien de verhoudingen in de Kamer haalt dat voorstel het waarschijnlijk niet.

De minister stond tijdens het debat ook stil bij het vertrek van Kamerleden Holman en Eline Vedder (CDA) die na de verkiezingen niet terugkeren. Wiersma memoreerde de soms felle debatten die ze met Holman en Vedder voerde, maar ook de 'gedeelde liefde' voor de melkveehouderij en zuivelsector. 'Ik vind het belangrijk dat er ook inhoudelijke kennis in de Kamer aanwezig is. Ik heb dat gewaardeerd. In ons klopt het boerenhart.'