Grootste uienoogst komt dit jaar van de zandgronden

Dat blijkt uit een rondgang van Nieuwe Oogst op de Landelijke Uiendag donderdag 21 augustus op proefboerderij Rusthoeve in het Zeeuwse Colijnsplaat. Teeltspecialisten verwachten dat de grootste uienoogst dit jaar zal komen van de zandgronden.

'In Oost-Brabant en Noord-Limburg ligt de netto-opbrengst tussen 55 en 60 ton per hectare', meldt Rinus Struik, accountmanager bij zaadbedrijf De Groot en Slot. 'In Zeeland is de oogst matig, vooral op plekken waar niet kan worden beregend.' Ook heeft het gewas in Zuidwest-Nederland een matig loofapparaat. Net zoals in de afgelopen jaren zijn de regionale verschillen groot.

In Flevoland kwam de groei laat op gang, stelt uienspecialist André Boot van zaadfirma Hazera. 'Toch halen akkerbouwers ook daar veel uien van het land', zegt hij zonder dat hij daar een concreet getal aan durft te hangen. Struik spreekt van een bovengemiddelde opbrengst voor deze provincie. 'Het landelijk gemiddelde schat ik op 45 tot 50 ton per hectare.'

Voor wat betreft ziekten en plagen heeft volgens beide teeltspecialisten vooral trips in de laatste fase van het groeiseizoen behoorlijk toegeslagen. Boot: 'Problemen met trips ontstaan vooral als het gewas niet goed groeit en bij droog en warm weer. Vandaar dat deze plaag met name in de afgelopen weken schade heeft aangericht op niet-beregende of droge percelen.'

Doordat trips de cellen leegzuigt, ontstaan zilverige of witte strepen of vlekken op het loof. Struik meldt dat veel uientelers tripsschade hebben weten te beperken door snel in te grijpen. 'Verder zien we dit jaar door het hele land meer problemen met de bodemschimmel witrot, zowel in zaai- als plantuien', zegt de accountmanager van De Groot en Slot.

Langdurige droogte

Witrot duikt met name op bij langdurige droogte. Ook fusarium speelt dit seizoen een grotere rol dan normaal. En met name in het zuidwesten ziet Boot ook schade door bladvlekkenziekte. Valse meeldauw wordt slechts plaatselijk gevonden. De omstandigheden voor deze schimmel waren dit seizoen dan ook een stuk minder goed dan in de afgelopen twee jaar.

Volgens Struik is de zaaiuienoogst dit jaar bijna drie weken eerder begonnen dan gemiddeld, onder meer door het vroege zaaitijdstip. 'Daarnaast startte de oogst van plantuien eerder deze zomer al vroeg.' Hij ziet dat door de extreme hitte van vorige week nagroei van ook de late rassen er niet meer in zit. 'De meeste uien zijn nu snel aan het afrijpen. In Friesland en Groningen is het gewas nog wel groen, maar ook daar is de nagroei minder.'

Vanwege de droogte wijst Struik uientelers erop voorzichtig te zijn met rooien. 'De uien zijn hard en ook kluiten worden harder', constateert hij. 'Let erop dat je met rooien niet te veel huid verliest om de kwaliteit goed te houden. Waar nodig kan het goed zijn om een keer 10 tot 12 millimeter te beregenen om de grond wat zachter te maken.'