Kamer vraagt met spoed om emissiereductieplan voor melkveehouderij

Een motie met dit verzoek, afkomstig van ChristenUnie en CDA, kreeg woensdag steun van VVD, GroenLinks-PvdA, NSC, BBB, SGP, Denk, Volt en JA21. De initiatiefnemers van de motie, Pieter Grinwis (ChristenUnie) en Eline Vedder (CDA), zien in studies van Wageningen University & Research voldoende mogelijkheden voor emissiereductie. Zij vinden daarom dat er stappen moeten worden gezet.

De Tweede Kamer vraagt de regering om de sectorpartijen, vooral de zeven samenwerkende melkveehouderijorganisaties, uit te nodigen om op zo kort mogelijke termijn met een plan te komen. Met dit plan moeten melkveehouders worden gestimuleerd om in vijf jaar tijd (vanaf 2025) de emissies op hun bedrijf met 30 procent te verlagen. Het gaat dan vooral om ammoniak. Daarbij moet wel rekening worden gehouden met bedrijven die in 2025 al op een laag emissieniveau zitten.

Werkelijke emissie

Verder wil de Tweede Kamer dat de melkveehouderijorganisaties worden ondersteund bij het ontwikkelen en bepalen van een methode waarmee in het kader van dit plan melkveehouders de werkelijke emissie op hun bedrijven kunnen vaststellen. Het emissiereductieplan moet worden geborgd door zo spoedig mogelijk instrumenten operationeel te hebben waarmee melkveebedrijven die hun doelstelling in 2030 niet halen, kunnen worden gestraft.

In overleg met de melkveehouderijorganisaties, zuivelverwerkers en banken moet de regering onderzoeken hoe boeren financieel kunnen worden gestimuleerd om maatregelen te treffen voor emissiereductie op hun bedrijf. Daarnaast moet de regering duidelijk maken hoe de regie, organisatie en uitvoering van dit plan eruit komen te zien, inclusief het financiële plaatje.