Eerste Limburgse boer tekent voor natuurinclusieve landbouw met Staatsbosbeheer

Kleijnen is boer van de vierde generatie op Heuvel Angus. Hij heeft 175 stuks Aberdeen Angus-runderen. Het vlees daarvan gaat direct van de boer naar de particulier en naar zeven restaurants in de buurt. Kleijnen nam in 2011 het bedrijf van zijn ouders over. Tot 2019 combineerde hij dat met een baan als leraar. Sindsdien richt hij zich volledig op het bedrijf. Bij de overname heeft hij gekozen voor een bedrijfsvoering waar natuur, biodiversiteit en het heuvellandschap zo goed mogelijk samengaan.

'Groeien door klein te blijven', is Kleijnens motto. Hij gebruikt op zijn graslanden geen gewasbeschermingsmiddelen, zo min mogelijk kunstmest en probeert de kringloop binnen zijn bedrijf sluitend te krijgen. Hij heeft paddenpoelen aangelegd en op zijn terrein staan hoogstambomen en knip- en scheerhagen. Door al deze kenmerken vindt Staatsbosbeheer Heuvel Angus een partner voor de toekomst.

Grond pachten

Juist om verder te kunnen extensiveren en beter zelf in wintervoer voor zijn vee te kunnen voorzien, heeft Kleijnen meer grasland nodig. Hij pacht nu al grond van Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en Het Limburgs Landschap. Met de nieuwe overeenkomst kan hij vanaf 2026 extra grond op de Kunderberg pachten van Staatsbosbeheer. Behalve over deze extra pacht zijn ook afspraken gemaakt over duurzaam natuurbeheer.

Staatsbosbeheer heeft 50.000 hectare grasland in eigendom en is voor zijn natuurdoelstellingen gebaat bij een stabiel beheer. Langdurige relaties en afspraken vindt het daarbij van groot belang. Er zijn al overeenkomsten getekend met 32 boeren verspreid over het land. De verwachting is dat dit aantal dit jaar nog snel stijgt. Uiteindelijk gaan naar verwachting 80 boeren meedoen. Wageningen University & Research monitort een deel van de projecten.