Ecologen pleiten voor meer natuur in IJssel-Vechtdelta

Nieuws Overijssel Jacomien Voorhorst 20 sep 2023 om 10:01uur

De natuur moet fors worden uitgebreid langs de IJssel, Vecht en het Zwarte Water. Dat staat in een onlangs verschenen preverkenning IJssel-Vechtdelta voor de Programmatische Aanpak Grote Wateren van Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer. De verkenning is opgesteld door ecologen die op kaarten hebben gekeken waar die nieuwe natuur het beste kan worden gerealiseerd.

Ecologen+pleiten+voor+meer+natuur+in+IJssel%2DVechtdelta

Er is sprake van 8.300 hectare extra nieuwe natuur. Daarbij valt te denken aan ooibossen, overstromingsvlaktes en rietmoerassen. Deze zouden moeten komen op het grondgebied van de gemeenten Kampen, Zwartewaterland, Zwolle, Hattem en Heerde.

Volgens de ecologen is die nieuwe natuur nodig om het voortbestaan van veel karakteristieke diersoorten van het rivierengebied mogelijk te maken, ook bij veranderende klimaatomstandigheden. Genoemd worden de zwarte ooievaar, kwak, grote karekiet, roerdomp en kwartelkoning. Ook veel vissen, amfibieën en plantensoorten ontbreken in het ecologische streefbeeld.

Kaderrichtlijn Water

Niet ingrijpen betekent volgens de samenstellers van het rapport overigens ook dat op de lange termijn, in 2050, niet kan worden voldaan aan de wettelijke verplichtingen van de Kaderrichtlijn Water en Natura 2000.

In het omvangrijke rapport worden een paar grote systeemingrepen genoemd. Zo moeten er grote aaneengesloten arealen komen waar ecologische processen leidend zijn. Ook de waterdynamiek in het gebied moet beter worden benut. Daarbij moet ook het achterland worden betrokken.

Functieverandering

Om dit wensenlijstje te kunnen realiseren, is volgens de ecologen een functieverandering van intensieve productielandbouw naar natuur of naar natuurinclusieve landbouw nodig. 'Alle buitendijkse gebieden zijn nodig voor realisatie van deze ambitie', staat er in de verkenning.

Martin Immink, regiobestuurslid water & bodem van LTO Noord regio Oost, kent het rapport en spreekt van 'veel wensdenken'. De bestuurder vindt het nog te vroeg voor een uitgebreide reactie, maar stelt vast dat de rol van de omgeving nagenoeg ontbreekt in het rapport. Ook over de positie van de landbouw gaat het nauwelijks.

'Hoe wil je een gebied onderhouden als er geen landbouw meer is? Wat betekent dat voor het toerisme? Dat is juist gebaat bij een rijke schakering in een gebied', zegt Immink. 'Bovendien: je kunt van alles willen en wensen, maar als je de omgeving niet meeneemt in je plannen, dan wordt het nooit wat.'