Mental shift in gewasbescherming bij telers

Met de ambitie 'Plantgezondheid 2030: Gezonde teelt, gezonde toekomst' stelt LTO een ambitieus doel voor gewasbescherming. Dertien jaar voor een omslag naar emissieloze en residuvrije teelt is een stevige uitdaging. De vraag is hoe LTO het realiseren van dit doel gaat najagen. Gelukkig zijn er in de praktijk al signalen in de goede richting.

Mental+shift+in+gewasbescherming+bij+telers
© Koos van der Spek

Gewasbescherming in Nederland is een onvermijdelijkheid. Denk aan de schimmelgevoeligheid in ons vochtige klimaat. Plaaginsecten spelen weliswaar minder dan in warmere gebieden, maar door de komst van allerlei exoten is dat voordeel steeds kleiner.

Decennialang waren chemische middelen het belangrijkste gereedschap om gewassen afdoende te beschermen. Door aanwendingstechnieken en -voorschriften aan te scherpen is getracht de onbedoelde neveneffecten voor mens en milieu te beperken. Wachttijden en bovenwettelijke eisen beperkten de residuen op voedsel tot een minimum.

Neveneffecten

Maar met LTO constateren we: 'De huidige wijze van plantaardige productie wordt op termijn ecologisch niet houdbaar geacht.' Steeds vaker worden nog onbekende neveneffecten van middelen gevonden of vermoed, zoals voor bijen en andere bestuivers.

Nieuwe middelen aanvragen is duur, de industrie ziet regelmatig af van toelating aanvragen voor economisch minder interessante teelten. Ook leidt herhaald gebruik tot resistentie. En dan de omgeving, de maatschappij, die zich steeds meer bemoeit met de landbouw.

Voors en tegens

Vanuit het toekomstbelang van de plantaardige sector in ons dichtbevolkte land dringt zich steeds scherper de vraag op: wat zijn de voors en tegens van verschillende systemen van gewasbescherming?

Bij telers is de kiem van een mental shift waarneembaar: een groeiend besef dat een andere aanpak nodig is en niet-chemische alternatieven mogelijk zijn. Chemisch ingrijpen is een systeemvreemde ingreep, die allerlei bekende én nog onbekende gevolgen kan hebben voor het biologisch evenwicht, bestuivers, oorwurmen en bodemleven.

Obstakels

Er zijn nog wel obstakels voor een doorbraak van niet-chemische alternatieven. Denk aan de snelle, zekere werking van chemische middelen, terwijl alternatieven soms minder snel werken.

Verder zijn de kosten regelmatig een obstakel. En ook veel erfbetreders zijn gewend aan en/of hebben belang bij de inzet van chemie in de teelt.

Nieuwe prikkels

Maar er zijn ook nieuwe prikkels die de ambitie van LTO ondersteunen. Maatschappij en markt vragen om verdere stappen. Telers beseffen steeds vaker dat alternatieven langetermijnvoordeel op kunnen leveren. Zo zal toenemende aandacht voor een gezonde bodem leiden tot minder ziektedruk.

Is dit voldoende? We denken van niet. Het financieel faciliteren van alternatieven is nodig om de drempel voor nieuwe technieken te verlagen. Ook korting op de toelatingskosten van groene middelen kan vernieuwing versnellen.

Betaalbare alternatieven

Meer aandacht voor niet-chemische alternatieven zal de ontwikkeling van betaalbare alternatieven stimuleren. Ten slotte blijft het nodig door samenwerking, kennisuitwisseling en begeleiding de telers te ondersteunen.

Mede door druk van milieubeweging en retail zit de mental shift eraan te komen. De ambitie van LTO past daarbij, maar vraagt wel verdere stappen. Het is cruciaal de praktische invulling samen met telers, keten en milieubeweging te realiseren om een 'jump' in verduurzaming van gewasbescherming werkelijk te maken.

Eric Hees en Peter Leendertse, CLM Onderzoek en Advies

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Donderdag
    5° / 3°
    20 %
  • Vrijdag
    4° / 2°
    10 %
  • Zaterdag
    6° / -1°
    70 %
Meer weer