H5N8: zelfde naam, maar ander vogelgriepvirus dan in 2014

Na een paar dagen van relatieve rust waren daar dan donderdag nieuwe uitbraken met H5N8. De naam suggereert dat het om hetzelfde virus gaat dat in 2014/2015 vijf pluimveebedrijven trof. Het tegendeel is het geval.

H5N8%3A+zelfde+naam%2C+maar+ander+vogelgriepvirus+dan+in+2014
© Studio Kastermans

'Het subtype is gelijk, maar het virus is genetisch veranderd. Het virus laat nu bij wilde watervogels een totaal ander beeld zien dan in 2014. Toen werden watervogels niet ziek van het virus. Nu wel', zegt Ruth Bouwstra, sectormanager Pluimvee bij GD.

Op 16 november 2014 werd het hoogpathogene H5N8 bevestigd op een pluimveebedrijf in Hekendorp (Utrecht). Daarna volgden bedrijven in Ter Aar, Zoeterwoude (Zuid-Holland) en twee in Kamperveen (Overijssel). In totaal waren er toen vijf besmet-verklaringen.

Omdat onduidelijk was waar het virus vandaan kwam, werd een algehele standstill afgekondigd. Als bron kwamen na lang zoeken wilde watervogels boven drijven. Maar van alle mestmonsters die toen werden onderzocht, is het virus uiteindelijk maar aangetroffen in drie poepjes van smienten.

Wezenlijk anders

Die situatie is anno 2016 wezenlijk anders. Vanuit heel Europa worden grote aantallen dode kuifeenden gemeld; allemaal geveld door H5N8. Ook in Nederland worden veel dode watervogels gevonden. Komen die van een bekend H5N8-besmet gebied, dan worden ze niet meer onderzocht.
Het is waarschijnlijk dat het vogelgriepvirus muteert op bedrijven in Azië, waar het overgaat op wilde vogels. Die nemen het mee naar de broedgebieden in Siberië. Daar worden waarschijnlijk trekvogels besmet die naar Europa komen.

Nieuwe introductie

In relatie tot het hoogpathogene H5N8-virus dat nu rondwaart, spreekt Bouwstra over een nieuwe introductie. In Nederland zijn inmiddels ook mantelmeeuwen en kraaien geveld door H5N8. Waarschijnlijk doordat ze aten van kadavers van vogels die doodgingen door vogelgriep.

'Wilde watervogels zullen altijd een reservoir blijven van verschillende vogelgriepvirussen. We moeten er serieus rekening mee houden dat we de huidige situatie vaker gaan meemaken', stelt Bouwstra.

Eric Hubers, voorman van LTO Pluimveehouderij/NOP, deelt die zorg. 'Dit komt te vaak terug. Als sector kunnen we dit ook niet aan.' Vogelgriep is een wereldwijd probleem, waar iets aan moet gebeuren. Wat en hoe, dat is nog de vraag.

Het Nederlands Instituut voor ecologie NIOO-KNAW, vogelonderzoeksorganisatie Sovon en Erasmus Medisch Centrum bemonsteren nu overal levende wilde vogels om uit te vinden welke soorten voor de verspreiding van het virus zorgen. Dat onderzoek is nog in volle gang.

Tussen hoop en vrees

Hubers noemt de actuele situatie 'leven tussen hoop en vrees'. Het virus gedraagt zich totaal anders dan twee jaar geleden en de virusdruk is extreem hoog. 'Alle pluimveehouders staan op scherp, maar je kunt je bedrijf nooit helemaal afschermen.'

De pluimveesector en het ministerie van EZ hebben geleerd van de crisis van 2014. 'We trekken nu meer samen op', zegt Hubers. Van de maatregelen die worden getroffen zijn de consequenties goed afgewogen. En de protocollen noemt Hubers pragmatischer. Er is goed gekeken naar de effecten, waardoor de schade zo beperkt mogelijk blijft.

Dat neemt echter niet weg dat hoogpathogene vogelgriep individuele bedrijven en de sector opnieuw veel schade bezorgt.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    10° / 4°
    30 %
  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
Meer weer