Voeding rol bij aanpak osteochondrose

Dierenarts Jack Segers ziet in de praktijk steeds meer biggen langskomen met gewrichtsproblemen. Dat kan diverse oorzaken hebben. Een daarvan is osteochondrose (OC).

Dick van DoornSegers (64) werkte tot voor vier jaar geleden als varkensdierenarts bij Dierenhospitaal Visdonk in Roosendaal. Tegenwoordig werkt hij als zzp’er onder andere voor varkens- en veehandel Vaex.
‘In 2012 namen zij contact met mij op over de gezondheid van de biggen die zij verhandelden. Zij waren op zoek naar iemand die objectief invulling kan geven aan de definitie van wat een kwaliteitsbig is’, geeft Segers aan. Uit de praktijk kwamen namelijk steeds vaker klachten over stramme, moeilijk lopende biggen die bij een koppel zitten.
Daarom werden representatieve biggen voor nader onderzoek ingezonden. Hieruit kwam naar voren dat een bepaald percentage van deze biggen osteochondrose (OC) bleek te hebben.
Bij bewegingsstoornissen van ingezonden biggen diagnosticeerde de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) over 2014 in 15 tot 20 procent van de gevallen streptokokken als meest voorkomende oorzaak. Als andere oorzaak werd onder andere OC gevonden. Hier worden geen percentages van gegeven. De GD verwoordt het als een opvallende aandoening die de laatste tijd geregeld wordt vastgesteld.
Bij osteochondrose is sprake van een verstoorde botopbouw als gevolg van wondjes (leasies) in groeiend gewrichtskraakbeen. Bij varkens ligt een belangrijke periode voor de ontwikkeling van OC tussen de 6 en 16 weken leeftijd, maar het kan ook nog tot 22 weken leeftijd ontstaan, zij het in mindere mate.
Door onder andere verstoringen in bloedvaten in het groeikraakbeen kan er dood kraakbeenweefsel ontstaan. Dat kraakbeenweefsel is een zwakke plek in het gewricht waardoor er onder meer door belasting een breuk kan ontstaan. OC geeft ook een niet-infectueus ontstekingsbeeld.

Diverse oorzaken

Segers: ‘Wageningen UR noemt als belangrijke oorzaken voor OC: erfelijkheid (vooral bij vleesrijke kruisingen), voeding (geen juiste verhouding van calcium en fosfor en niet de juiste hoeveelheid vitamine D) en huisvesting (gladde kunststof of betonnen roosters of gladde betonvloeren).
Omdat erfelijkheid een van de factoren is, pleit de dierenarts voor meer erfelijkheidsonderzoek, zodat berenlijnen kunnen worden gebruikt die minder last hebben van deze aandoening. Ook zou selecteren op OC kunnen worden toegevoegd aan het lijstje waarop zeugen al worden geselecteerd.
Verder is het nog maar de vraag of OC inderdaad zo belangrijk is voor het ontstaan van kreupelheid. Aan de hand van literatuur en studies kan volgens Danny de Koning, die naar OC promotieondezoek doet bij Wageningen UR, leerstoel Adaptatiefysiologie, niet worden hardgemaakt dat OC altijd leidt tot kreupelheid.
Segers: ‘De kans daarop lijkt groter. Vandaar dat mijns inziens fokkerijorganisaties bij het fokken zich meer zouden moeten richten op de juiste verhouding vleesontwikkeling/skeletvorming.’
Via voeding kan volgens de dierenarts het makkelijkst worden bijgestuurd. Hij ziet dat in België kruisingen met Piétrain zelfs speciaal voer krijgen om problemen met OC te voorkomen. ‘Dan vraag ik mij af: waarom gebeurt dit niet in Nederland? Eigenlijk zouden alle kruisingen met een supervleesras speciaal voer moeten hebben.’

Afwijkende stand

Bij de export van de biggen komt het steeds vaker voor dat er stramme, moeilijk lopende biggen bij een koppel zitten. Die biggen hebben vaak een afwijkende stand van de poten en verdikkingen bij de gewrichten.
‘Globaal gezien kun je deze twee aandoeningen scharen onder bewegingsstoornissen bij biggen. In het verleden speelde de ziekte van Aujeszky ook nog een rol, maar dat is niet nu meer aan de orde en zijn deze twee aandoeningen de grootste boosdoeners.’
Segers wijst op het belang van het stellen van de juiste diagnose bij een verdenking van OC. Hij komt nu situaties tegen waarbij antibiotica niet leiden tot het gewenste resultaat omdat OC de oorzaak is. Hij pleit er daarom voor in geval van bewegingsstoornissen en kreupelheid bij biggen sneller representatieve dieren in te sturen voor onderzoek, zodat bijvoorbeeld streptokokken of Mycoplasma kunnen worden uitgesloten.
‘Als er sprake is van OC, kunnen pijnstillers en aanpassing van de voeding in overleg met de mengvoervoorlichter en de begeleidend bedrijfsdierenarts in een volgende ronde meestal de oplossing bieden.’
Met het oog op de biggezondheid en om OC te voorkomen, adviseert Segers hokken zo droog mogelijk te houden. ‘Strooi er eventueel een klein beetje kurkdroog houtzaagsel in. Dan glijden biggen minder snel uit. Zaagsel in een dikke laag van 25 tot 50 centimeter zoals een potstal, kan juist leiden tot meer problemen met OC, blijkt uit onderzoek.’
Al kan het uit oogpunt van dierenwelzijn een pre zijn, niveauverschillen met schuine plateaus noemt Segers niet bevorderlijk voor het terugdringen van OC.

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Woensdag
    10° / 3°
    50 %
  • Donderdag
    10° / 3°
    20 %
  • Vrijdag
    11° / 4°
    70 %
Meer weer