Denen krijgen ruimte om te stoppen met Bovaer

Nieuws Melkvee Pieter Stokkermans 28 nov 2025 om 14:37uur

Deense melkveehouders die problemen ervoeren na het gebruik van methaanremmer Bovaer, krijgen ruimte om hiermee te stoppen bij bepaalde dieren of zelfs bij de hele veestapel. Wel moeten ze aangeven om welke dieren het gaat en een verklaring afleggen.

Denen+krijgen+ruimte+om+te+stoppen+met+Bovaer

Dat meldt het Deense Fødevarestyrelsen, de Dienst voor Diergezondheid en Levensmiddelen. Die stelde deze week dat veehouders een uitzondering op het verplichte Bovaer-gebruik kunnen krijgen via een verklaring onder ede, vanwege de problemen die zij na toediening van de methaanremmer ervaren.

Volgens de dienst is de ondernemer zelf verantwoordelijk voor het welzijn van de veestapel. Daarom mag de veehouder koeien uitzonderen van voeding met Bovaer als de dieren symptomen vertonen die gerelateerd zijn aan het voer. Daarbij gaat het om bijvoorbeeld verminderd welzijn, minder eetlust of een lagere melkproductie. Deze symptomen worden in verband gebracht met de stofwisseling van de koe.

• Lees ook: Bedreigt Bovaer Deense koeien en boeren?

Ook kunnen koeien worden uitgezonderd als de veehouder beoordeelt dat voeding met Bovaer een al bestaande aandoening kan verergeren. Dit geldt ook als de dieren nog geen directe symptomen van deze aandoening vertonen, maar de veehouder verwacht dat zij de methaanremmer niet kunnen verdragen.

Datzelfde geldt voor dieren die eerder symptomen hebben vertoond bij voeding met methaanreducerend voer en waarvan wordt verwacht dat ze opnieuw ziek worden. De veehouder kan besluiten alle koeien in de kudde uit te zonderen van Bovaer-voeding als hij beoordeelt dat zij getroffen zijn.

Verklaring onder ede

De veehouder moet als documentatie een verklaring onder ede opstellen. In deze verklaring moet hij aangeven welke melkkoe is uitgezonderd, voor welke periode en vanaf welke datum. Als de koe naar verwachting op een later moment weer methaanreducerend voer kan krijgen, kan deze datum ook worden vermeld.

Verder wil de Deense Dienst voor Diergezondheid en Levensmiddelen beginnen met een samenwerking met de sector om te onderzoeken of het nodig is om het model voor het gebruik van methaanreducerend voer aan te passen vanaf 2026.

Compensatie

Daarnaast wordt gekeken hoe ondernemers die het voer hebben gekocht maar niet gebruiken, kunnen worden gecompenseerd voor dit voer. Verder moeten veehouders bij een dier met ernstige gezondheidsproblemen de dierenarts inschakelen. Alleen de dierenarts mag medicijnen voorschrijven voor de behandeling van voedingsgerelateerde stofwisselingsaandoeningen.

Ook worden veehouders, adviseurs en dierenartsen aangemoedigd om hun ervaringen en de geconstateerde uitdagingen met Bovaer te registreren bij innovatiebureau SEGES Innovation. Zo krijgt de dienst een overzicht van de problemen op de boerderijen.

Dit onlineformulier is eind oktober gelanceerd. Op 17 november zijn reacties ontvangen van 644 van de 1.641 gangbare Deense melkveebedrijven met meer dan vijftig koeien. Daarvan meldden 419 bedrijven een verminderde voeropname en 434 bedrijven rapporteerden een verminderde melkopbrengst. Bij 376 bedrijven is van beide sprake.

Deze dalingen suggereren een verstoring van de pensvoerconversie. Dat hoeft op zichzelf niet direct problematisch te zijn, maar het kan wel het risico op bepaalde voedingsgerelateerde stofwisselingsziekten en aandoeningen verhogen.

Effect latere start

De enquête toont een verband tussen het moment van de start met Bovaer-voeding en de gerapporteerde problemen. Bedrijven die in september en oktober met de toevoeging begonnen, meldden aanzienlijk vaker een daling in melkproductie dan de bedrijven die eerder dit jaar zijn gestart.

Verder meldden 410 bedrijven een toename van spijsverterings- en stofwisselingsstoornissen, zoals verminderde herkauwactiviteit, vergiftigingssymptomen, diarree, atypische melkziekte, koorts en andere spijsverteringsziekten.

De Universiteit van Aarhus en SEGES Innovation gaan de gegevens verder analyseren om de oorzaken te achterhalen. De focus ligt op het verduidelijken of Bovaer de spijsvertering daadwerkelijk verandert en waarom sommige bedrijven wel problemen ervaren en andere niet. Een ander onderzoek richt zich op het verband tussen de herkauwtijd en de dagelijkse melkproductie.

Bij dit onderzoek worden verder onder meer mengproeven gedaan om een ongelijkmatige verdeling van Bovaer in het voermengsel te onderzoeken. Daarnaast wordt gekeken op basis van de bekende bedrijfsgegevens, zoals melkproductie, veeras en sterftecijfers. Deze week zijn de melkproductiecijfers van oktober in het veedatasysteem bekend. Die gegevens worden hierin ook meegenomen.