Wisselende opbrengsten in Belgische proefrooiing

In totaal zijn de drie aardappelrassen op 34 praktijkpercelen regelmatig bemonsterd voor een indicatie van de opbrengsten. De proefrooiingen in consumptieaardappelen zijn het werk van onderzoeksinstellingen Viaverda, Inagro, Fiwap en Carah, in opdracht van de Vlaamse overheid. Voor de drie rassen geldt dat de loofdoding inmiddels is uitgevoerd.

Bintje komt in Vlaanderen en Wallonië tot gemiddeld 144 groeidagen en een gemiddelde bruto-opbrengst van 49 ton per hectare, met een variatie van 39 tot 67 ton. Deze opbrengst is 6,6 ton hoger dan het gemiddelde van de afgelopen vijf jaar. Bij Bintje is in België wel incidenteel sprake van doorwas en daardoor zijn er enkele percelen waar het onderwatergewicht niet voldoet aan de norm van 360 gram.

Snelle afrijping

Het fritesras Innovator is dit jaar alleen bemonsterd in Wallonië. Wat opvalt is de snelle afrijping binnen 140 groeidagen. De bruto-opbrengst van 42,9 ton per hectare is een fractie lager dan het meerjarig gemiddelde. Van de oogst valt 82 procent in de maatsortering van 50 millimeter opwaarts. Het onderwatergewicht is met 372 gram iets lager dan normaal.

Bij Challenger komt de bruto-opbrengst in de eindrooiing na gemiddeld 150 groeidagen uit op gemiddeld 57,1 ton per hectare. Dat is 6 ton (of 12 procent) hoger dan het meerjarig gemiddelde. Het onderwatergewicht van 428 gram is in lijn met voorgaande jaren en dat geldt ook voor de index van de blauwgevoeligheid. In Challenger hebben de onderzoekers dit jaar niet of nauwelijks verschijnselen van doorwas gevonden.