Ctgb meldt toelating van twee nieuwe middelen

De twee nieuwe middelen betreffen het fungicide FytoSol en het herbicide Fencade. FytoSol is een groen fungicide op basis van de zogeheten Cos-Oga-technologie. Het middel mag worden toegepast in aardappelen voor onder meer de bescherming tegen phytophthora. En ook in eerste- en tweedejaarsplantuien, zilveruien, picklers (uien die worden ingelegd) en hop. Fencade heeft als werkzame stoffen pyroxsulam en mesosulfuron-methyl. Deze nieuwe toelating geldt voor de onkruidbestrijding in wintertarwe en triticale.

De gewasbeschermingsmiddelen waaraan het Ctgb een uitbreiding op het gebruik heeft toegekend, zijn Alliette, Cantack, Ridomil Gold SL, Pergado V en Oikos. Alliette is een fungicide dat nu ook kan worden gebruikt in eerste- en tweedejaarsplantuien, zilveruien en picklers. Voor de bestrijding van aaltjes mogen telers Attack nu ook inzetten in aardbeien, courgette, laanbomen en vruchtbomen.

Ridomil Gold krijgt een uitbreiding voor de schimmelbestrijding in potplanten, perkplanten, boomkwekerij en vaste planten, zowel bedekt als in de containerteelt. Ook Pergado is een fungicide. Daarvan wordt de toelating uitgebreid naar witlofpennen, tafeldruif, komkommer, courgette, meloen, aubergine, bloemkool, bladkool, coniferen en heidesoorten.

Verkorting veiligheidstermijn

Tot slot geldt een uitbreiding en gewijzigde toelating voor Oikos, een middel voor insectenbestrijding op basis van de werkzame stof azadirachtin. De extra toelating geldt voor de bedekte teelten van komkommer, courgette, pompoen, meloen, tomaat, aubergine, paprika, zaadteelt voor akkerbouwgewassen, kruiden en sierteeltgewassen. Net als voor de niet-grondgebonden teelten van bolbloemen en knolbloemen. De wijziging betreft vooral een verkorting van de veiligheidstermijn (PHI) in enkele gewassen.

Deze besluiten van het Ctgb zijn genomen tijdens de collegevergadering van september die vorige week is gehouden. Alleen nieuwe toelatingen, uitbreidingen en wijzigingen van toepassingsmogelijkheden en gebruiksvoorschriften zijn na te lezen in de Staatscourant en de toelatingendatabank van het college.